Terwijl ik aan mijn nasi zit en mij verdiep in het olimpisch programma voor 2008 in China bel jij ineens aan voor het anjer fond. Doel van de collecte is om de toneel vereniging financieel te ondersteunen. Jij... jij bent uitgedorst in een rode kimono met goude motiven erop geborduurd. Je haar is zwart en opgestoken. In een knot steken wat chinese etensstokjes. Ik ben verbaasd, verbaasd dat je zo past bij het moment van deze dag. Ik geef je een Euromunt en sluit je, diep in gedachten, weer buiten. Als ik eenmaal besef wat ik gedaan heb en weet wat ik had willen doen met je, vlieg ik naar de deur en zie je met jou collectebus net de hoek van de straat uit lopen. Ik bedenk me niet en loop op mijn sokken, mijn nasi achterlatende, achter je aan. Nog voor je aan kan bellen spreek ik je aan, maar weet niet goed hoe ik je kan boeien met mijn vragen die onbegrijpelijk voor mij zijn, laat staan voor jou. Je probeert er geduldig een touw aan vast te knopen. Uiteindelijk heb ik iets in de geest gevraagd als: wat spelen jullie precies voor toneel en wanneer is er een voorstelling. Speel je dan ook de rol die hoort bij dit costuum?? Je lacht. Ik raak nog onzekerder. Ik vind je betoverend. Ik vraag ongecontroleerd of je met me mee wil en voor mij een oosters sprookje wil zijn. Je doet dan iets wat ik niet verwacht had...