Ik stap uit het vliegtuig en de warme, zwoele lucht van het tropische eiland slaat als een zachte golf tegen mijn gezicht. De geur van zout water, bloeiende hibiscus en iets zoetigs – misschien kokos? – vult mijn longen. Mijn hart bonst van opwinding. Dit is het, denk ik, terwijl ik mijn zonnebril opzet en mijn lange, donkere haar losgooi uit de slordige knot. Een week lang pure vrijheid, luxe en verleiding. Geen verplichtingen, geen regels. Alleen ik, mijn beste vriendin Lotte, en een all-inclusive resort dat eruitziet als een ansichtkaart: palmbomen die wiegen in de wind, kristalhelder water dat glinstert onder de zon, en een eindeloze voorraad cocktails.

Lotte loopt naast me, haar blonde krullen dansen op haar schouders terwijl ze haar koffer achter zich aan trekt. Ze draagt een strakke, witte jurk die weinig aan de verbeelding overlaat, en ik zie hoe de ogen van een paar mannen bij de douane aan haar blijven hangen. Ze knipoogt naar me, een ondeugende glimlach op haar lippen. “Oh, Sanne, dit wordt episch,” fluistert ze, terwijl we onze paspoorten laten stempelen. “Ik voel het. Dit eiland gaat ons verwennen… op élke manier.”

We worden opgehaald door een chauffeur in een glanzende cabriolet, en terwijl we over de kustweg rijden, voel ik de wind door mijn haar spelen, mijn jurk tegen mijn dijen plakken. De zon brandt op mijn huid, en ik voel een tinteling diep in mijn buik – een honger die altijd sluimert, maar nu al begint te ontwaken. Ik ben altijd al een vrouw geweest die weet wat ze wil. En hier, omringd door deze schoonheid, deze overvloed, wil ik alles. Ik wil voelen, proeven, aanraken. Ik wil dat mijn lichaam zingt van genot.

Het resort is nog mooier dan op de foto’s. Een reusachtige lobby met marmeren vloeren, kroonluchters die schitteren als diamanten, en obers die rondlopen met dienbladen vol kleurrijke cocktails. Onze suite is een droom: een kingsize bed met zijden lakens, een balkon met uitzicht op de turquoise zee, en een jacuzzi die groot genoeg is voor een feestje. Lotte gooit haar koffer op de grond en ploft op het bed. “Oké, Sanne,” zegt ze, terwijl ze een wenkbrauw optrekt. “Wat is het plan? Gaat dit een week van luieren worden, of… gaan we op jacht?”

Ik lach, een lage, hese lach die uit mijn keel borrelt. “Jacht,” zeg ik, terwijl ik mijn jurk uittrek en in mijn koffer graaf naar mijn bikini. Het is een rode, met dunne touwtjes die mijn rondingen amper bedekken. Ik voel Lottes ogen op me terwijl ik hem aantrek, en ik weet dat ik er goed uitzie. Mijn lichaam is strak, mijn borsten vol, mijn heupen wiegen als ik beweeg. Ik draai me om en kijk haar aan. “Maar eerst… een cocktail en het strand. Ik wil voelen hoe deze plek lééft.”

Een uur later staan we aan de bar van het strandpaviljoen, een mojito in mijn hand, de suiker en munt prikkelend op mijn tong. De zon zakt langzaam naar de horizon, schildert de lucht in tinten oranje en roze. Overal om ons heen zijn mensen: lachende koppels, groepjes vrienden, en hier en daar een man wiens ogen net iets te lang op me blijven hangen. Ik voel hun blikken als strelingen over mijn huid, en het windt me op. Ik hou ervan om gezien te worden, om te weten dat ik hun gedachten vul, hun verlangens aanwakker.

Lotte leunt naar me toe, haar lippen vlak bij mijn oor. “Die barman heeft al drie keer naar je gekeken,” fluistert ze. Ik volg haar blik en zie hem: een lange, gespierde man met een zongebruinde huid en ogen die glinsteren als de zee. Hij mixt een cocktail met soepele, zelfverzekerde bewegingen, en als hij opkijkt, vangt hij mijn blik. Een trage, veelbetekenende glimlach verspreidt zich over zijn gezicht, en ik voel een hitte door mijn lichaam schieten, recht naar mijn onderbuik.

“Oh, hij is lekker,” mompel ik, terwijl ik een slok van mijn mojito neem en mijn lippen aflik. Ik draai mijn heupen iets, wetende dat mijn bikini zijn ogen trekt. “Maar ik heb geen haast. Dit is nog maar dag één.”

Lotte lacht. “Jij bent onverbeterlijk. Maar ik hou ervan.” Ze heft haar glas. “Op ons. Op dit eiland. En op alle ondeugende avonturen die voor ons liggen.”

Ik klink mijn glas tegen het hare, mijn ogen nog steeds op de barman gericht. “Op avonturen,” zeg ik, mijn stem laag en vol belofte. En terwijl de muziek begint te spelen, een sensuele, tropische beat die mijn bloed sneller laat stromen, weet ik dat dit nog maar het begin is.

De muziek pulseert door de lucht, een diepe, sensuele beat die mijn heupen als vanzelf laat wiegen terwijl ik aan mijn tweede mojito nip. De nacht is gevallen over het resort, en het strandpaviljoen is omgetoverd tot een bruisende openluchtclub. Fakkels branden langs de randen, hun oranje gloed danst over het zand, en de zee glinstert onder een hemel vol sterren. Mijn huid tintelt van de zilte zeelucht en de hitte van de dag die nog in mijn botten hangt. Ik voel me levend, hongerig, als een roofdier dat haar prooi bespiedt.

Lotte staat naast me, haar lichaam een en al verleiding. Haar blonde krullen vallen in wilde golven over haar schouders, en de minuscule gouden bikini die ze draagt, glinstert in het licht van de fakkels. Haar borsten, vol en stevig, worden amper bedekt door de driehoekjes stof, en haar platte buik glanst van een dun laagje zweet, waardoor haar huid eruitziet als gepolijst brons. Haar lange benen, strak en gespierd, eindigen in hoge hakken die haar kont nog ronder en uitdagender maken. Elke beweging die ze maakt, is een uitnodiging – en de mannen om ons heen merken het. Hun ogen volgen haar, sommige schaamteloos, andere steels, maar allemaal met dezelfde honger.

Ikzelf voel me niet minder krachtig. Mijn rode bikini zit als een tweede huid, de touwtjes snijden zacht in mijn heupen en accentueren de ronding van mijn kont. Mijn borsten, vol en stevig, deinen licht mee met mijn bewegingen, en ik weet dat de dunne stof mijn harde tepels niet helemaal verbergt. Mijn dijen, sterk van jaren dansen en sporten, glanzen in het licht, en mijn donkere haar valt in losse golven over mijn rug, strijkt langs mijn onderrug als ik beweeg. Ik voel de ogen op me, voel hoe mijn lichaam hun aandacht opslokt, en het maakt me nat, een warme, pulserende hitte die zich tussen mijn benen nestelt.

“Jezus, Sanne,” fluistert Lotte, terwijl ze dichterbij komt en haar hand lichtjes over mijn arm laat glijden. “Jij ziet eruit alsof je hier bent om harten te breken.” Haar ogen twinkelen, en ik weet dat ze hetzelfde voelt als ik: die roes van macht, van weten dat we de controle hebben.

Ik grijns, mijn lippen vochtig van de mojito. “En jij dan? Die bikini schreeuwt om problemen.” Ik laat mijn ogen over haar heen glijden, bewonderend, en ze lacht, een lage, hese lach die mijn bloed sneller laat stromen.

Mijn blik dwaalt terug naar de bar, naar hem. De barman. Zijn naam is Luca, hoorde ik van een andere gast. Hij staat daar, zijn brede schouders gespannen terwijl hij een shaker heft, zijn biceps rollend onder zijn zongebruinde huid. Zijn witte linnen shirt hangt open, onthult een borstkas die eruitziet alsof hij uit steen is gehouwen, en een streep donkere haartjes die verdwijnt in zijn lage broek. Zijn ogen vinden de mijne weer, en deze keer houdt hij mijn blik vast, zijn lippen krullend in een glimlach die pure, onverhulde lust uitstraalt. Mijn adem stokt even, en ik voel een schok van verlangen door mijn onderbuik schieten. Oh, hij weet het. Hij weet precies wat hij met me doet.

“Sanne,” zegt Lotte, haar stem plagend. “Je bent al half weg, of niet?” Ze volgt mijn blik en grinnikt. “Ga ervoor. Die man kijkt naar je alsof hij je hier ter plekke wil nemen.”

Ik bijt op mijn lip, voel hoe mijn tanden in het zachte vlees drukken. “Misschien laat ik hem wel,” mompel ik, mijn stem laag en vol belofte. Ik zet mijn glas neer en loop naar de bar, mijn heupen wiegend, mijn lichaam een en al zelfvertrouwen. Ik voel Lottes ogen op me, voel de ogen van anderen, maar het is Luca’s blik die me vasthoudt, die mijn huid in brand zet.

“Wat kan ik voor je maken?” vraagt hij als ik voor hem sta, zijn stem diep, met een lichte rasp die mijn ruggengraat doet tintelen. Zijn ogen glijden over me heen, langzaam, alsof hij elk detail van mijn lichaam in zich opneemt. Mijn borsten, mijn heupen, de manier waarop mijn bikini net iets te strak zit. Ik leun voorover, mijn armen op de bar, wetende dat mijn decolleté hem een perfect uitzicht geeft.

“Iets sterks,” zeg ik, mijn stem zwoel, mijn ogen op de zijne gericht. “Iets wat brandt… zoals ik me nu voel.” Ik laat de woorden langzaam over mijn lippen rollen, zie hoe zijn pupillen groter worden, hoe zijn adem even stokt.

Hij grijnst, een roofdierachtige glimlach die mijn dijen doet trillen. “Oh, ik weet precies wat je nodig hebt,” zegt hij, terwijl hij een fles rum pakt en begint te mixen. Zijn handen bewegen snel, maar zijn ogen blijven op mij, en ik voel de spanning tussen ons groeien, een elektrische lading die de lucht zwaar maakt. “Maar ik waarschuw je… mijn cocktails zijn niet voor bangeriken.”

Ik lach, een zachte, uitdagende lach. “Goed. Want ik hou van een beetje gevaar.”

Hij schuift het glas naar me toe, een donkere, amberkleurige drank die ruikt naar kruiden en lust. Ik neem een slok, voel hoe het mijn keel verwarmt, mijn zintuigen op scherp zet. “Lekker,” zeg ik, terwijl ik mijn lippen aflik en hem aankijk. “Maar ik wed dat jij nog lekkerder bent.”

Zijn ogen vernauwen zich, en ik zie het moment waarop hij breekt, waarop de professionele façade plaatsmaakt voor rauwe, ongefilterde begeerte. “Pas op, schoonheid,” zegt hij, zijn stem laag en gevaarlijk. “Je speelt met vuur.”

Ik leun nog dichterbij, mijn lippen vlak bij zijn oor. “Misschien wil ik wel verbranden,” fluister ik, mijn adem warm tegen zijn huid. Ik voel hem verstijven, voel de hitte van zijn lichaam, en mijn eigen lichaam schreeuwt om aanraking, om zijn handen op mijn huid, zijn mond op de mijne.

Hij trekt zich iets terug, zijn ogen brandend in de mijne. “Mijn shift eindigt om middernacht,” zegt hij, zijn stem hees. “Als je dan nog hier bent… gaan we zien hoe heet dit kan worden.”

Ik glimlach, traag en zelfverzekerd, en draai me om, mijn heupen wiegend terwijl ik terugloop naar Lotte. Mijn hart bonst, mijn lichaam zoemt van anticipatie. Dit is wat ik wilde. Dit is waarvoor ik hier ben. En vannacht, dat weet ik zeker, gaat Luca me geven wat ik nodig heb.