Door: Homem-Christo
Datum: 31-08-2025 | Cijfer: 9.1 | Gelezen: 4389
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 12 minuten | Lezers Online: 6
Trefwoord(en): Camping, Cuckolding, Dochter, Vader, Vakantie,
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 12 minuten | Lezers Online: 6
Trefwoord(en): Camping, Cuckolding, Dochter, Vader, Vakantie,
De Zon, Nieuwe Mensen
De geur van dennennaalden en warme aarde vulde mijn neusgaten, een geur die onlosmakelijk verbonden was met de zomer. Voor me uit sjokte mijn vader, zijn nek rood verbrand van de zon die door de boomtoppen filterde, terwijl hij de zware kar met onze tenten en uitrusting achter zich aan trok. Het wiel piepte met elke rotatie, een klagelijk protest tegen het oneffen pad.
“Nummer 47, dat moet hier ergens zijn,” mompelde mijn moeder, die voorop liep met de plattegrond van 'Camping d'Ardenne’ stevig in haar handen geklemd. Ze wees naar een open plek tussen een cluster van hoge dennen. “Daar! Zie je het bordje?”
Achter me hoorde ik mijn zus Saar zuchten. “Eindelijk. Mijn armen breken af.” Ze droeg de koeltas met onze lunch, en hoewel die ongetwijfeld zwaar was, dramde ze graag. Op haar zestiende vond ze zichzelf te jong voor dit soort karweitjes, maar was ze te oud om onder de verantwoordelijkheid uit te komen.
“Je overleeft het wel, prinses,” bromde ik, zelf ook behangen met tassen vol slaapzakken en kussens.
“Kun jij je mond houden, Tim?” snoof ze, maar er speelde een klein lachje om haar lippen.
We bereikten de plek, een ruim perceel met een vlakke ondergrond, perfect voor onze twee tenten. Aan de ene kant grensde het aan een dicht bosje, aan de andere kant stond, op een iets groter perceel, een ouderwetse, maar goed onderhouden witte camper. Hij zag eruit als een tevreden, dik kevertje dat zich in de zon te goed deed. Er brandde geen licht binnen, geen teken van leven.
“Prima plek!” riep mijn vader opgewekt, hijgend van de inspanning. Hij liet de kar los en wreef in zijn handen. “Oké team, laten we ons kamp opzetten. Tim, jij en ik doen de tenten. Marianne, Saar, jullie zorgen voor de binnenkant en de proviand.”
Het was een vertrouwd ritueel. Het gezeul, het gezoek naar de juiste palen, het gesteggel over de instructies die we elk jaar weer leken te vergeten. De zon brandde op onze ruggen en al snel kleefde mijn shirt vochtig tegen mijn huid. Saar en mijn moeder spreidden een picknickkleed uit en begonnen broodjes met kaas en ham te smeren, de geur van mosterd vermengde zich met die van het dennenbos.
We waren net bezig met het vastzetten van de scheerlijnen van de grote familietent toen er een stem klonk vanaf het naastgelegen perceel.
“Nieuwe buren! Aangenaam!”
We draaiden ons allemaal tegelijk om. Naast de camper stond een man. Hij was van middelbare leeftijd, een jaar of zestig schatte ik, met een vriendelijk, gerimpeld gezicht en een kalend hoofd dat glom in het zonlicht. Hij had een opgerolde sigaret in de hoek van zijn mond en een ontspannen, bijna luie glimlach. Hij droeg een korte broek en een Hawaiishirt dat strak om zijn duidelijk niet atletische torso zat. Hij straalde een soort gemoedelijke, vaderlijke energie uit die meteen prettig aanvoelde.
“Dag!” riep mijn vader, zijn hand opstekend tegen de zon. “De beheerder vertelde dat onze buren vaste gasten zijn.”
“Al twintig jaar op deze plek,” bevestigde de man trots. Hij liep naar ons toe, zijn hand uitgestoken. “Frank de Wit. En dat,” zei hij, wijzend naar de camper waar nu de deur openzwaaide, “is m’n dochter, Denise.”
En toen zag ik haar.
Ze stapte de camper uit, haar blote voeten geluidloos op de houten treden. Ze was… verbluffend! Een jaar of tweeëntwintig. Ze had lang, golvend blond haar dat als een goudkleurige waterval over haar schouders viel. Ze droeg een eenvoudige, witte top die knap vol was – meer dan knap, geweldig – en een korte spijkerbroek die haar ronde vormen perfect accentueerde. Haar gezicht was een perfect schilderij, met hoge jukbeenderen, een klein neusje en lippen die van nature vol en uitnodigend leken. Ze glimlachte, een stralende, zelfverzekerde glimlach die haar blauwe ogen lieten sprankelen.
Mijn mond werd kurkdroog. Ik voelde hoe mijn hart een extra slag maakte. Dit was geen meisje uit mijn klas of iemand die ik ooit zou durven aanspreken in een club. Dit was een jonge dame. Volwassen, zongebruind en uitzonderlijk mooi.
“Hoi allemaal,” zei ze, haar stem was vrolijk en oprecht. “Leuk dat jullie er zijn. Jullie hebben het mooiste plekje van de hele camping te pakken.”
Ze liep naar ons toe, zelfverzekerd en soepel, en schudde de hand van mijn ouders. Toen ze zich naar Saar en mij toe draaide, leek haar glimlach nog breder te worden. “Eindelijk wat mensen van mijn leeftijd. Ik ben Denise.”
“Saar,” piepte mijn zusje, plotseling verlegen onder de aandacht van zo’n coole, oudere meid.
“Tim,” bracht ik uit, mijn stem kraakte een beetje. Ik hoopte dat niemand het had gemerkt. Ik voelde me opeens heel jong, heel onervaren en heel erg een jongen. Mijn hand, nog stoffig van het tenten opzetten, verdween in de hare. Haar hand was zacht en warm.
“Superleuk,” zei ze, en haar blik leek even, heel even, iets langer op de mijne te blijven rusten dan strikt noodzakelijk was. Het was waarschijnlijk mijn eigen wishful thinking, maar het voelde alsof ze me echt zag. Alsof ze niet alleen de verlegen jongen van achttien zag, maar iets meer. Ik voelde een vlaag van opwinding, absurd en onmiddellijk.
Frank sloeg een arm om de schouders van mijn vader. “Jullie zijn net aangekomen zie ik. Hebben jullie al wat te drinken? Ik heb een koud biertje staan, als je wilt.”
Mijn vaders ogen twinkelden. “Nu je het zegt, dat klinkt als een uitstekend plan.”
“Denise, schat, pak eens een paar biertjes voor de mannen en wat fris voor de dames, wil je?” vroeg Frank, zonder zijn blik van mijn vader af te wenden. Het klonk niet als een bevel, meer als een vanzelfsprekend verzoek tussen twee mensen die perfect op elkaar ingespeeld waren.
“Geen probleem, pap,” zei ze vrolijk en ze draaide zich soepel om naar de camper. Ik kon niet anders dan naar haar kijken, naar de manier waarop haar billen heen en weer wiegden in die korte broek. Het was hypnotiserend.
Binnen een kwartier zaten we allemaal op klapstoelen rond onze picknicktafel. Frank bleek een onuitputtelijke bron van verhalen te zijn. Hij kende de eigenaar, hij kende de geschiedenis van de camping, hij wist waar de beste visstekjes waren en welke douches de beste waterdruk hadden. Hij was een open boek, luidruchtig en hartelijk. Denise zat naast Saar en leek meteen een klik met haar te hebben. Ze complimenteerde haar kapsel, vroeg naar school, en luisterde echt. Saar bloeide helemaal op onder de aandacht.
Af en toe ving ik een glimp van Denise’s blik, en een paar keer leek ze recht naar mij te kijken en glimlachte ze even. Elke keer smolt ik een beetje meer van binnen. Ik probeerde iets interessants te zeggen, iets volwassens, maar mijn hoofd was leeg, gevuld met niets anders dan het beeld van haar.
“Dus jullie blijven de hele zomer?” vroeg mijn moeder, terwijl ze een slok limonade nam.
“Ja, een soort traditie,” antwoordde Denise, terwijl ze haar lange haar achter haar oor streek. “Sinds mam… sinds ik me kan herinneren doen we dit. Het is ons tweede thuis. Er zijn hier een hoop vaste gasten, vooral wat oudere heren, het is bijna een klein dorpje in de zomer. Iedereen kent iedereen.”
“Gezellig!” riep mijn moeder.
“Zeker,” beaamde Frank. “Jullie zullen ze vanzelf wel tegenkomen. Een stelletje ouwe zakken zoals ik, die hun pensioen wegdrinken.” Hij lachte schaterend om zijn eigen grap.
De zon begon langzaam te zakken en wierp een gouden glans over de camping. De tenten stonden overeind, ons kamp was gebouwd. Het ijs was meer dan gebroken; het leek alsof we Frank en Denise al jaren kenden. Ze waren ontzettend aardig, ongedwongen en makkelijk in de omgang.
Toen Frank en Denise afscheid namen om in hun camper wat te gaan eten, voelde het bijna alsof we afscheid namen van oude vrienden.
“Wat een ontzettend leuk duo,” zei mijn moeder terwijl ze de lege frisdrankblikjes opruimde.
“Echt heel gezellig,” zei Saar, met een dromerige blik in haar ogen. “Denise is zo cool. Ze studeert psychologie in Amsterdam, zei ze.”
“Frank is een gezellige bourgondiër,” grinnikte mijn vader, terwijl hij tevreden zijn buik streelde. “Die gaan we deze vakantie nog vaak spreken, voorspel ik.”
Ik zei niets. Ik keek naar de witte camper, waarachter nu een zacht, geel licht brandde. Ik dacht aan haar lach, haar ogen, de toon van haar stem toen ze mijn naam zei. ‘Tim’. Een simpele, alledaagse naam, maar in haar mond klonk hij bijna exotisch. Er borrelde iets in mij, een mengeling van hoop en een opwinding die ik niet kon beteugelen. Misschien… misschien was deze vakantie anders dan alle andere. Misschien was dit het moment waarop alles zou veranderen.
Die avond, toen het donker was geworden en de geluiden van de camping waren vervangen door het gezang van krekels, lag ik in mijn slaapzak naast Saar in onze tweepersoonstent. Ik kon niet slapen. Mijn hoofd vulde zich met beelden van een blonde zomerprinses, en voor het eerst in mijn leven voelde de vakantie aan als een hoopvol begin.
~
~~
~~~
De camper was warm en rook naar gegrilde kip en de goedkope wijn die Frank altijd dronk. Denise stond bij het aanrecht, haar blonde haren opgestoken in een knotje. Frank zat aan de kleine tafel, zijn buik rustend tegen de rand.
“Leuke mensen,” mompelde Frank, terwijl hij zijn wijnglas draaide.
“Heel leuk,” zei Denise zonder zich om te draaien. Ze spoelde een bord af. “Het meisje, Saar, is een schatje. Zo onschuldig. En wat een prachtige tieten voor zo’n jong ding.”
Frank grinnikte, een diepe, grommende lach. “Ja, dat viel mij ook op. Een mooi poppetje. Ze kijkt naar je op, hoor. Zag eruit alsof ze je meteen wilde adopteren als haar grote zus.”
Denise draaide zich eindelijk om, leunend met haar heupen tegen het aanrecht. Er speelde een kleine, berekenende glimlach om haar lippen. “Dat is het plan, toch? Het maakt het allemaal zoveel makkelijker.” Ze liep naar de tafel en ging naast hem zitten. Haar blik was niet langer het vriendelijke, stralende meisje van vanmiddag. Het was koel, beoordelend. “De ouders zijn naïef. Denken dat de wereld vol goede mensen zit.”
“Precies zoals we ze het liefst hebben,” zei Frank. Hij strekte zijn hand uit en legde die op haar buik, zijn vingers trokken cirkels op haar blote huid, net boven de rand van haar korte broek. Het was een gebaar dat niets vaderlijks had, maar alles van vertrouwde gewoonte.
Denise leunde achterover, haar ogen half gesloten. “Het wordt een interessante zomer, pap.”
“Dat wordt het zeker, schat,” mompelde Frank, zijn hand gleed verder omhoog. “Dat wordt het zeker.”
Wordt vervolgd...
De geur van dennennaalden en warme aarde vulde mijn neusgaten, een geur die onlosmakelijk verbonden was met de zomer. Voor me uit sjokte mijn vader, zijn nek rood verbrand van de zon die door de boomtoppen filterde, terwijl hij de zware kar met onze tenten en uitrusting achter zich aan trok. Het wiel piepte met elke rotatie, een klagelijk protest tegen het oneffen pad.
“Nummer 47, dat moet hier ergens zijn,” mompelde mijn moeder, die voorop liep met de plattegrond van 'Camping d'Ardenne’ stevig in haar handen geklemd. Ze wees naar een open plek tussen een cluster van hoge dennen. “Daar! Zie je het bordje?”
Achter me hoorde ik mijn zus Saar zuchten. “Eindelijk. Mijn armen breken af.” Ze droeg de koeltas met onze lunch, en hoewel die ongetwijfeld zwaar was, dramde ze graag. Op haar zestiende vond ze zichzelf te jong voor dit soort karweitjes, maar was ze te oud om onder de verantwoordelijkheid uit te komen.
“Je overleeft het wel, prinses,” bromde ik, zelf ook behangen met tassen vol slaapzakken en kussens.
“Kun jij je mond houden, Tim?” snoof ze, maar er speelde een klein lachje om haar lippen.
We bereikten de plek, een ruim perceel met een vlakke ondergrond, perfect voor onze twee tenten. Aan de ene kant grensde het aan een dicht bosje, aan de andere kant stond, op een iets groter perceel, een ouderwetse, maar goed onderhouden witte camper. Hij zag eruit als een tevreden, dik kevertje dat zich in de zon te goed deed. Er brandde geen licht binnen, geen teken van leven.
“Prima plek!” riep mijn vader opgewekt, hijgend van de inspanning. Hij liet de kar los en wreef in zijn handen. “Oké team, laten we ons kamp opzetten. Tim, jij en ik doen de tenten. Marianne, Saar, jullie zorgen voor de binnenkant en de proviand.”
Het was een vertrouwd ritueel. Het gezeul, het gezoek naar de juiste palen, het gesteggel over de instructies die we elk jaar weer leken te vergeten. De zon brandde op onze ruggen en al snel kleefde mijn shirt vochtig tegen mijn huid. Saar en mijn moeder spreidden een picknickkleed uit en begonnen broodjes met kaas en ham te smeren, de geur van mosterd vermengde zich met die van het dennenbos.
We waren net bezig met het vastzetten van de scheerlijnen van de grote familietent toen er een stem klonk vanaf het naastgelegen perceel.
“Nieuwe buren! Aangenaam!”
We draaiden ons allemaal tegelijk om. Naast de camper stond een man. Hij was van middelbare leeftijd, een jaar of zestig schatte ik, met een vriendelijk, gerimpeld gezicht en een kalend hoofd dat glom in het zonlicht. Hij had een opgerolde sigaret in de hoek van zijn mond en een ontspannen, bijna luie glimlach. Hij droeg een korte broek en een Hawaiishirt dat strak om zijn duidelijk niet atletische torso zat. Hij straalde een soort gemoedelijke, vaderlijke energie uit die meteen prettig aanvoelde.
“Dag!” riep mijn vader, zijn hand opstekend tegen de zon. “De beheerder vertelde dat onze buren vaste gasten zijn.”
“Al twintig jaar op deze plek,” bevestigde de man trots. Hij liep naar ons toe, zijn hand uitgestoken. “Frank de Wit. En dat,” zei hij, wijzend naar de camper waar nu de deur openzwaaide, “is m’n dochter, Denise.”
En toen zag ik haar.
Ze stapte de camper uit, haar blote voeten geluidloos op de houten treden. Ze was… verbluffend! Een jaar of tweeëntwintig. Ze had lang, golvend blond haar dat als een goudkleurige waterval over haar schouders viel. Ze droeg een eenvoudige, witte top die knap vol was – meer dan knap, geweldig – en een korte spijkerbroek die haar ronde vormen perfect accentueerde. Haar gezicht was een perfect schilderij, met hoge jukbeenderen, een klein neusje en lippen die van nature vol en uitnodigend leken. Ze glimlachte, een stralende, zelfverzekerde glimlach die haar blauwe ogen lieten sprankelen.
Mijn mond werd kurkdroog. Ik voelde hoe mijn hart een extra slag maakte. Dit was geen meisje uit mijn klas of iemand die ik ooit zou durven aanspreken in een club. Dit was een jonge dame. Volwassen, zongebruind en uitzonderlijk mooi.
“Hoi allemaal,” zei ze, haar stem was vrolijk en oprecht. “Leuk dat jullie er zijn. Jullie hebben het mooiste plekje van de hele camping te pakken.”
Ze liep naar ons toe, zelfverzekerd en soepel, en schudde de hand van mijn ouders. Toen ze zich naar Saar en mij toe draaide, leek haar glimlach nog breder te worden. “Eindelijk wat mensen van mijn leeftijd. Ik ben Denise.”
“Saar,” piepte mijn zusje, plotseling verlegen onder de aandacht van zo’n coole, oudere meid.
“Tim,” bracht ik uit, mijn stem kraakte een beetje. Ik hoopte dat niemand het had gemerkt. Ik voelde me opeens heel jong, heel onervaren en heel erg een jongen. Mijn hand, nog stoffig van het tenten opzetten, verdween in de hare. Haar hand was zacht en warm.
“Superleuk,” zei ze, en haar blik leek even, heel even, iets langer op de mijne te blijven rusten dan strikt noodzakelijk was. Het was waarschijnlijk mijn eigen wishful thinking, maar het voelde alsof ze me echt zag. Alsof ze niet alleen de verlegen jongen van achttien zag, maar iets meer. Ik voelde een vlaag van opwinding, absurd en onmiddellijk.
Frank sloeg een arm om de schouders van mijn vader. “Jullie zijn net aangekomen zie ik. Hebben jullie al wat te drinken? Ik heb een koud biertje staan, als je wilt.”
Mijn vaders ogen twinkelden. “Nu je het zegt, dat klinkt als een uitstekend plan.”
“Denise, schat, pak eens een paar biertjes voor de mannen en wat fris voor de dames, wil je?” vroeg Frank, zonder zijn blik van mijn vader af te wenden. Het klonk niet als een bevel, meer als een vanzelfsprekend verzoek tussen twee mensen die perfect op elkaar ingespeeld waren.
“Geen probleem, pap,” zei ze vrolijk en ze draaide zich soepel om naar de camper. Ik kon niet anders dan naar haar kijken, naar de manier waarop haar billen heen en weer wiegden in die korte broek. Het was hypnotiserend.
Binnen een kwartier zaten we allemaal op klapstoelen rond onze picknicktafel. Frank bleek een onuitputtelijke bron van verhalen te zijn. Hij kende de eigenaar, hij kende de geschiedenis van de camping, hij wist waar de beste visstekjes waren en welke douches de beste waterdruk hadden. Hij was een open boek, luidruchtig en hartelijk. Denise zat naast Saar en leek meteen een klik met haar te hebben. Ze complimenteerde haar kapsel, vroeg naar school, en luisterde echt. Saar bloeide helemaal op onder de aandacht.
Af en toe ving ik een glimp van Denise’s blik, en een paar keer leek ze recht naar mij te kijken en glimlachte ze even. Elke keer smolt ik een beetje meer van binnen. Ik probeerde iets interessants te zeggen, iets volwassens, maar mijn hoofd was leeg, gevuld met niets anders dan het beeld van haar.
“Dus jullie blijven de hele zomer?” vroeg mijn moeder, terwijl ze een slok limonade nam.
“Ja, een soort traditie,” antwoordde Denise, terwijl ze haar lange haar achter haar oor streek. “Sinds mam… sinds ik me kan herinneren doen we dit. Het is ons tweede thuis. Er zijn hier een hoop vaste gasten, vooral wat oudere heren, het is bijna een klein dorpje in de zomer. Iedereen kent iedereen.”
“Gezellig!” riep mijn moeder.
“Zeker,” beaamde Frank. “Jullie zullen ze vanzelf wel tegenkomen. Een stelletje ouwe zakken zoals ik, die hun pensioen wegdrinken.” Hij lachte schaterend om zijn eigen grap.
De zon begon langzaam te zakken en wierp een gouden glans over de camping. De tenten stonden overeind, ons kamp was gebouwd. Het ijs was meer dan gebroken; het leek alsof we Frank en Denise al jaren kenden. Ze waren ontzettend aardig, ongedwongen en makkelijk in de omgang.
Toen Frank en Denise afscheid namen om in hun camper wat te gaan eten, voelde het bijna alsof we afscheid namen van oude vrienden.
“Wat een ontzettend leuk duo,” zei mijn moeder terwijl ze de lege frisdrankblikjes opruimde.
“Echt heel gezellig,” zei Saar, met een dromerige blik in haar ogen. “Denise is zo cool. Ze studeert psychologie in Amsterdam, zei ze.”
“Frank is een gezellige bourgondiër,” grinnikte mijn vader, terwijl hij tevreden zijn buik streelde. “Die gaan we deze vakantie nog vaak spreken, voorspel ik.”
Ik zei niets. Ik keek naar de witte camper, waarachter nu een zacht, geel licht brandde. Ik dacht aan haar lach, haar ogen, de toon van haar stem toen ze mijn naam zei. ‘Tim’. Een simpele, alledaagse naam, maar in haar mond klonk hij bijna exotisch. Er borrelde iets in mij, een mengeling van hoop en een opwinding die ik niet kon beteugelen. Misschien… misschien was deze vakantie anders dan alle andere. Misschien was dit het moment waarop alles zou veranderen.
Die avond, toen het donker was geworden en de geluiden van de camping waren vervangen door het gezang van krekels, lag ik in mijn slaapzak naast Saar in onze tweepersoonstent. Ik kon niet slapen. Mijn hoofd vulde zich met beelden van een blonde zomerprinses, en voor het eerst in mijn leven voelde de vakantie aan als een hoopvol begin.
~
~~
~~~
De camper was warm en rook naar gegrilde kip en de goedkope wijn die Frank altijd dronk. Denise stond bij het aanrecht, haar blonde haren opgestoken in een knotje. Frank zat aan de kleine tafel, zijn buik rustend tegen de rand.
“Leuke mensen,” mompelde Frank, terwijl hij zijn wijnglas draaide.
“Heel leuk,” zei Denise zonder zich om te draaien. Ze spoelde een bord af. “Het meisje, Saar, is een schatje. Zo onschuldig. En wat een prachtige tieten voor zo’n jong ding.”
Frank grinnikte, een diepe, grommende lach. “Ja, dat viel mij ook op. Een mooi poppetje. Ze kijkt naar je op, hoor. Zag eruit alsof ze je meteen wilde adopteren als haar grote zus.”
Denise draaide zich eindelijk om, leunend met haar heupen tegen het aanrecht. Er speelde een kleine, berekenende glimlach om haar lippen. “Dat is het plan, toch? Het maakt het allemaal zoveel makkelijker.” Ze liep naar de tafel en ging naast hem zitten. Haar blik was niet langer het vriendelijke, stralende meisje van vanmiddag. Het was koel, beoordelend. “De ouders zijn naïef. Denken dat de wereld vol goede mensen zit.”
“Precies zoals we ze het liefst hebben,” zei Frank. Hij strekte zijn hand uit en legde die op haar buik, zijn vingers trokken cirkels op haar blote huid, net boven de rand van haar korte broek. Het was een gebaar dat niets vaderlijks had, maar alles van vertrouwde gewoonte.
Denise leunde achterover, haar ogen half gesloten. “Het wordt een interessante zomer, pap.”
“Dat wordt het zeker, schat,” mompelde Frank, zijn hand gleed verder omhoog. “Dat wordt het zeker.”
Wordt vervolgd...
Lees verder: Verleid Door De Duivel - 2
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10