Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Datum: 03-09-2025 | Cijfer: 9.4 | Gelezen: 498
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 13 minuten | Lezers Online: 42
Trefwoord(en): Bali, Vakantie,
Slot
Ik word wakker van het eerste licht dat door de houten lamellen valt. De kamer is stil. Buiten hoor ik vogels. Het ruikt naar ochtend, naar warmte, naar jou.

Je ligt naast me. Op je zij, nog naakt onder het dunne laken. Eén been half bloot, je schouder zichtbaar. Je gezicht is ontspannen. Je mond licht geopend.

Ik beweeg niet. Ik kijk.

Dan open je je ogen. Langzaam. Je glimlacht. Je schuift iets naar me toe, je hand vindt mijn buik. Je kijkt naar mijn gezicht. Niet slaperig. Helder.

“Ben je wakker?” fluister je.

Ik knik.

Jij laat je hand over mijn heup glijden. Geen haast. Geen doel. Alleen contact.

“Mag ik iets vragen?” zeg je zacht, terwijl je met je vinger kleine cirkels op mijn huid tekent.

“Altijd.”

Je aarzelt even. Maar niet echt.

“Ik dacht vannacht… terwijl ik tegen je aan lag… wat als we vanavond een massage boeken. Maar dit keer… voor ons samen. Van een ander stel.”

Ik kijk je aan. Je ogen blijven in de mijne.

“Niet meteen iets doen,” zeg je. “Maar gewoon… laten aanraken. Samen. Op één tafel. Twee mensen die ons lichaam verkennen terwijl wij naar elkaar kijken.”

Mijn hart slaat iets sneller.

“Een koppel?” vraag ik.

Jij knikt. “Een man en een vrouw. Allebei ervaren. Professioneel. Maar ook… gevoelig. Geen wild gedoe. Alleen... ruimte voelen. Zonder dat we de controle verliezen.”

Je kijkt me aan. Je zoekt iets. Misschien twijfel. Misschien bevestiging.

Ik leg mijn hand op je wang. “Wil jij dit?”

Je knikt. “Als jij dat ook voelt. Als jij erbij bent. Als het… van ons blijft.”

Ik buig naar voren, kus je traag.

“Ik wil jou zien genieten,” zeg ik. “Ook als het niet van mij komt. Zolang ik jou kan vasthouden… is alles mogelijk.”

Je sluit je ogen, zucht zacht tegen mijn lippen.

“Dan regel ik het. Vanavond. Voor ons samen.”

De ruimte is warm, stil en geurig. Een zachte geur van sandelhout en citrus hangt in de lucht. Het licht is gedempt, enkel een paar lantaarns werpen een goudgele gloed over de vloer en de lakens. Twee grote massagetafels staan naast elkaar, bedekt met zacht katoen. Jij ligt rechts. Ik links. Onze handen raken elkaar net.

We zijn allebei naakt onder een dunne doek. Alleen een smalle strook textiel scheidt ons van de huid van anderen.

Tegenover ons staan zij: Lina en David. Midden 40. Rustige blikken. Geen theater. Geen vragen. Alleen een korte, duidelijke afstemming vooraf: “We volgen jullie ademhaling. Jullie mogen elk moment iets zeggen. Alles is met aandacht. En wederzijds respect.”

Jij knikt. Ik ook.

Dan beginnen hun handen te bewegen.

David staat bij mij. Zijn handen zijn stevig, diep, grondend. Ze glijden langzaam over mijn schouders, mijn rug, mijn onderrug. Geen haast. Geen afleiding. Alleen contact.

Lina begint bij jou. Haar handen zijn kleiner, vrouwelijker, maar even doelgericht. Ze trekt het laken iets opzij, legt haar handpalmen vlak over je schouderbladen, dan naar beneden, over je flanken. Haar aanraking volgt je ademhaling. Ze past haar tempo aan aan jouw lijf.

Ik kijk opzij.

Jij hebt je ogen dicht. Je lippen licht geopend. Je hand glijdt langzaam over het laken richting de mijne. Onze vingers raken.

David werkt lager. Zijn duimen vinden mijn heupen, mijn dijen. Hij blijft vlak boven de grens van intieme zones, maar nét lang genoeg om daar spanning te wekken. Mijn ademhaling wordt dieper.

Lina werkt intussen verder. Haar handen glijden nu over jouw billen, met open handpalmen, traag en cirkelend. Ze duwt zacht. Masseert. Haar vingertoppen glijden een moment over de rand van je lies. Jij beweegt niet weg. Integendeel. Je opent je benen een fractie.

Ze voelt het. En haar handen blijven daar langer.

Ik voel hoe mijn lichaam reageert. Mijn huid tintelt, mijn buik spant. Mijn pik groeit, ongehinderd onder het laken. David masseert nu mijn dijen. Zijn hand raakt de binnenkant — niet per ongeluk. Wel voorzichtig. Hij zegt niets, maar ik hoor zijn ademhaling gelijk lopen met de mijne.

Dan zie ik jou je hoofd draaien. Je kijkt me aan. Je ogen glanzen.

“Gaat het?” fluister ik.

Je knikt. Langzaam. “Ik voel alles. Maar het is goed.”

Lina's handen glijden weer omhoog, over je onderrug. Dan opnieuw naar beneden. Ze tilt het laken iets op, legt haar hand nu op je buik. Je kreunt bijna hoorbaar.

Ik voel David’s handen rusten op mijn bekken. Warm. Zwaar. En dan die ene aanraking net op de rand van waar 'normaal' eindigt.

En toch… ik voel geen grens meer. Alleen overgave.

Jij draait je hoofd weer naar mij, fluistert:

“Blijf naar me kijken. Wat er ook gebeurt.”

Ik knik.

En samen geven we ons over aan wat het is:

De lucht in de ruimte is warmer geworden. Niet van temperatuur, maar van energie. De geur van olie is nu vermengd met iets lichamelijks, huid, ademhaling, verwachting.

David en Lina bewegen soepeler. Intuïtiever. Niet meer volgens vaste lijnen. Hun handen glijden over dijen, flanken, onderrug. Ze blijven dichtbij en zoeken juist die plekken op waar spanning zich verzamelt. Niet alleen fysiek… ook mentaal.

Lina’s handen rusten op de zijkanten van jouw buik. Ze kijkt je aan. Jij knikt. En dan glijden haar vingers zacht omhoog, langs je ribben, richting de onderrand van je borsten. Haar duimen vangen precies waar het gevoelig is. Je ogen sluiten zich. Een zucht ontsnapt.

David buigt zich dichter over mij. Zijn borst raakt even mijn rug. Hij zegt niets, maar zijn bewegingen vertragen. Eén hand op mijn schouder, de ander op mijn heup. Hij blijft daar hangen, zijn adem dichtbij mijn oor. Niet dreigend. Niet dominant. Alleen… aanwezig.

Dan voel ik hoe jij je hand uitstrekt, tussen de tafels door. Onze vingers raken. Je knijpt zacht. En in die aanraking zit alles: jouw instemming, jouw opwinding, jouw houvast.

“Wil je doorgaan?” fluistert Lina tegen jou.

Je opent je ogen, kijkt naar mij. Ik zie het in je blik: dit gaat niet meer over techniek. Dit is een ontmoeting. Van vier mensen. Van verlangen. Van contact.

Je knikt.

“Langzaam,” zeg je. “Zolang hij blijft kijken.”

En dat doe ik.

David masseert nu mijn binnen benen. Zijn vingertoppen net aan de rand van het laken. Hij kijkt niet weg. Jij draait je lichaam half naar mij toe, één been gebogen. Lina’s handen rusten op jouw onderbuik. Haar mond is dichterbij. Ze kust je huid. Traag. Respectvol. Je sluit je ogen en laat je gaan.

Ik voel mijn adem versnellen. Mijn lichaam trilt licht. Niet van spanning, maar van intensiteit.

Er wordt niet gehaast. Geen beweging is grof. Elke aanraking is een vraag en jouw lijf zegt: ja.

Jij kijkt weer naar mij. Onze blikken blijven verbonden. Alles wat je voelt, zie ik in je ogen.

Ik weet niet meer precies waar haar handen waren. Of waar de zijne eindigden. Of welke aanraking van jou kwam… en welke niet. Wat ik wél weet: jouw blik bleef in de mijne. De hele tijd. Alsof je mij vasthield met je ogen, terwijl je jezelf toestond te verdwijnen.

Mijn vingers verstrengeld met de jouwe, tussen de tafels door. Onze handen als anker, terwijl onze lichamen zich losmaakten van controle.

De lucht in de kamer is dikker nu. Vol adem. Vol zuchten. Vol huid. Mijn borstkas rijst en daalt alsof ik net een berg heb beklommen. Naast me hoor ik jouw ademhaling — sneller, haperend. Dan langer. Dan… stilte.

Er is een punt waarop alles samenvalt. Jouw blik. De warmte van haar hand op je buik. Mijn eigen lichaam, gespannen en slap tegelijk. Een trilling, diep van binnen, die nergens naartoe hoeft behalve… gewoon gebeuren.

En dan is het er.

Zonder woord.

Zonder grens.

Een loslaten. Een verzachten. Een stilte die groter is dan geluid.

We liggen stil. Jij op je zij, naar mij toe. Je ogen nog half gesloten, je mond licht geopend. Een glimlach, maar ook vocht in je wimpers. Je knijpt zacht in mijn hand.

Lina trekt zich terug, net als David. Ze zeggen niets. Ze laten het ons afronden. Wij, die samen waren in een ruimte vol handen, maar nooit verder van elkaar verwijderd dan de adem tussen onze lippen.

Jij fluistert:

“Dit was niet alleen lichamelijk.”

Ik knik. “Nee. Dit was… alles.”

En zo blijven we liggen. Warm. Naakt. Nog na trillend.

Niet uitgeput.

Maar open.

We lopen over smalle stenen paadjes tussen rijstvelden die glanzen in het vroege zonlicht. De lucht is fris, de wind zacht. Water stroomt stil tussen de terrassen. Af en toe hoor je vogels. Verder is het stil.

Je hand rust in de mijne. Warm. Ontspannen. Maar ik voel iets in je grip. Iets dat wacht.

Na een tijdje stoppen we bij een klein houten bankje aan de rand van een veld. Jij gaat zitten. Ik naast je. Je kijkt naar het water. Dan naar mij.

“Gek eigenlijk,” begin je. “Hoe iets dat lichamelijk zo intens is… ook iets zachts kan hebben.”

Ik knik. “Het was geen overnemen. Geen bezit. Meer… gevoeld worden. In aanwezigheid.”

Je haalt diep adem. “Ik voelde mezelf… door een ander. Maar ik bleef bij jou. Zelfs als mijn lijf even ergens anders was.”

Ik leg mijn hand op je dij. “Ik voelde dat. Ik was niet jaloers. Alleen alert. En… trots. Op jou. Dat je durfde.”

Je glimlacht. “Jij ook. Ik zag je loslaten. Dat je durfde toe te staan dat iets moois niet alleen van jou hoefde te zijn.”

Je kijkt naar onze handen.

“Wat we daar voelden… die handen… dat was echt. Maar wat we nu voelen — dit hier — is waarom het kon.”

We zitten even stil.

Ik kijk naar je profiel. Naar de rust in je gezicht.

“Zou je het weer doen?” vraag ik.

Je knikt. “Ja. Maar alleen met jou erbij. Altijd met jou erbij.”

Ik trek je dichter tegen me aan. Kus je slaap.

En in het groen van Bali, tussen water, aarde en ademhaling, weten we:

de mooiste aanrakingen… zijn die waarbij we onszelf vinden in de ander.

Het zwembad ligt er stil bij. De zon hangt laag boven de bomen, de lucht is zacht oranje. Alleen het geluid van kabbelend water en verre cicaden vult de avond. Jij ligt op je buik op een ligbed, je kin op je armen, je rug nog glanzend van zonnebrand. Ik zit naast je, mijn voeten in het water.

We zeggen even niets.

Tot jij zacht zegt:

“Het is bijna te veel om allemaal te bevatten.”

Ik knik. “En toch voelt het niet zwaar. Meer alsof… we een andere kamer in onszelf hebben ontdekt.”

Je draait je hoofd naar me. “We zijn op plekken geweest waar ik nooit had gedacht dat ik me veilig zou voelen. Onder handen van anderen. Onder ogen van elkaar.”

Ik kijk naar je. Je bent kalm. Vrij. Stralend, zonder jezelf te verliezen in iemand anders.

“We zagen elkaar in een ander licht,” zeg ik. “En we lieten het gebeuren. Zonder schuld. Zonder angst.”

Je knikt. “Ik weet nog hoe ik daar lag op die tafel. En dat ik jou zag kijken. Niet met controle. Maar met liefde. En verlangen. Dat hield me vast.”

Ik glimlach. “En jij… in de zee. In zijn armen. Je liet je gaan. Maar ik voelde me dichter bij je dan ooit.”

Je legt je hand op mijn onderarm. “Wat we beleefd hebben… de spanning, de aanrakingen, de gedeelde blikken… het was meer dan erotiek. Het was openheid. Eerlijkheid. Vertrouwen.”

Ik kijk naar het water. De weerspiegeling van ons. Stil. Dichtbij. Stromend, maar helder.

“Zouden we dit thuis ook kunnen?” vraag je.

Je denkt even na. “Misschien. Niet exact hetzelfde. Maar wat we hier geleerd hebben… dat dragen we mee. In bed. In een blik. In wat we durven zeggen.”

De hemel kleurt paars.

Je staat op, loopt naar me toe. Je gaat op mijn schoot zitten, natte huid op warme huid. Je legt je voorhoofd tegen het mijne.

“En het mooiste,” fluister je, “is dat jij mijn veilige plek bleef. Terwijl ik mezelf opnieuw ontdekte.”

Ik kus je zacht.

En weet:

we reizen morgen naar huis… maar nemen iets mee dat geen grenzen kent.
Trefwoord(en): Bali, Vakantie, Suggestie?
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...