Door: Leen
Datum: 12-10-2025 | Cijfer: 9.7 | Gelezen: 1770
Lengte: Lang | Leestijd: 31 minuten | Lezers Online: 2
Trefwoord(en): Borsten, Bukkake, Facial, Gangbang, Gay, Neuken, Pijpen, Show, Slikken, Sperma, Televisie,
Lengte: Lang | Leestijd: 31 minuten | Lezers Online: 2
Trefwoord(en): Borsten, Bukkake, Facial, Gangbang, Gay, Neuken, Pijpen, Show, Slikken, Sperma, Televisie,
Vervolg op: Durf Je Haar Te Verliezen? - 14: De Spermadouche
Slot
De nasleep is een zeldzaam, breekbaar moment. Een vacuüm van stilte en vrede in het hart van de storm. Leen en Zohra liggen verstrengeld op het geïmproviseerde altaar van kussens en zijde, hun ademhaling die langzaam terugkeert naar een rustig, gedeeld ritme. Hun hartslagen, die net nog als oorlogstrommels tekeergingen, vertragen tot een diepe, synchrone puls. De cirkel van mannen om hen heen is een landschap van uitgeputte lichamen, een prachtig, tragisch slagveld. Sommigen geknield met het hoofd op de grond, anderen ineengezakt zittend, de spieren in hun ruggen trillend van de naschokken. Allen zijn ze verloren in de nevel van totale overgave. De ceremonie lijkt volbracht, de revolutie voltooid.
Maar veel tijd om uit te rusten hebben de dames niet.
Een zacht geluid van schuifelende blote voeten op de gladde vloer verbreekt de gewijde stilte. Vanuit de kring van mannen komt een eerste man op hen af. Het is Elias. Zijn naakte lichaam is een canvas, getekend door de avond met rode vegen van nagels en opdrogende, glinsterende sporen. Hij is uitgeput, maar zijn ogen branden nog steeds met een ongedoofd vuur, een diepe, spirituele vlam die niets meer te maken heeft met simpele lust. Hij stopt op een respectvolle afstand van het heiligdom van de twee vrouwen. Hij valt niet op zijn knieën, maar blijft staan, kwetsbaar in zijn naaktheid, zijn schouders recht, zijn hoofd opgeheven. Zijn blik is vragend, een stille, bijna smekende vraag. Hij eist niets. Hij hoopt alleen, met een intensiteit die de lucht doet trillen. Hij wacht tot een van de koninginnen ja knikt.
Leen, die met haar hoofd op Zohra's schouder rust, haar gezicht begraven in de warmte van haar hals, voelt de verandering in de atmosfeer. Het is een subtiele verschuiving in de energie, een nieuwe focus in de kamer die haar zintuigen, nu hypersensitief, onmiddellijk oppikken. Ze opent haar ogen. Haar blik is zwaar, voldaan als een roofdier na de jacht, maar onmiddellijk alert. Ze ziet de man staan, het naakte verlangen in zijn houding, de onuitgesproken, allesomvattende vraag in zijn ogen. Een schaduw van een glimlach, een mengeling van ongeloof en pure macht, speelt om haar lippen.
Zohra, die de blik van Leen en het lichte spannen van haar spieren voelt, heft langzaam haar hoofd op. Haar bewegingen zijn loom, als van iemand die uit een diepe, droomloze slaap ontwaakt waarin ze de wereld heeft geschapen. Ze kijkt naar Elias, en haar blik is onpeilbaar. Ze ziet zijn fysieke opwinding, maar ze kijkt dieper. Ze ziet de hoop die grenst aan wanhoop, het verlangen om de nacht niet te laten eindigen, het geduld van een ware gelovige.
Voor een lange, hartverscheurende seconde gebeurt er niets. De hele studio, met zijn stille camera's en ineengezakte lichamen, lijkt te wachten op dit ene, laatste oordeel. De stilte is absoluut. Zohra's blik glijdt van Elias naar Leen. Ze ziet de speelse, uitdagende vonkel in Leens ogen, de nauwelijks waarneembare glimlach die zegt: Durf je?
Dan, heel langzaam, bijna onmerkbaar, knikt Zohra.
Het is geen enthousiaste knik. Het is geen bevel. Het is een zachte, bijna vermoeide beweging, maar het is genoeg. Het is een bevestiging. Het is toestemming. Een golf van pure, zichtbare opluchting trekt door het lichaam van Elias. Zijn schouders, die gespannen stonden, zakken in. De brandende vlam in zijn ogen wordt zachter, warmer, een gloed van oneindige dankbaarheid. De ceremonie was dan toch nog niet voorbij. Het was slechts een pauze.
Elias, gedreven door een diepe, brandende behoefte die zijn uitputting volledig overstijgt, beweegt zich naar hen toe. Hij stapt niet, hij glijdt, zijn voeten geruisloos op de vloer, zijn ogen gefixeerd op de twee ineengestrengelde vrouwen. Hij kiest zijn positie achter Leen, niet uit instinct, maar uit een onweerstaanbare drang om zich te voegen in hun heilige cirkel. Zijn handen, trillend van ingehouden verlangen, landen op haar heupen. "Leen," fluistert hij, zijn stem een schorre smeekbede. Ze antwoordt niet met woorden, maar door haar heupen lichtjes op te tillen, een stille, allesomvattende uitnodiging. Hij spreidt haar zachtjes en met een diepe, bevende zucht duwt hij zijn opwinding in haar. Het is een daad van pure aanbidding, een gevoel van thuiskomen. De warmte, de natte, omvattende strakheid... het is meer dan hij had durven hopen.
Een scherpe, sissende ademstoot ontsnapt Leen. De plotselinge volheid is een welkome schok, een vonk die het smeulende vuur in haar opnieuw aanwakkert tot een laaiende brand. Ze grijpt de armen van Zohra, haar nagels zachtjes in haar huid. "Zohra... voel je dat?" hijgt ze, haar gezicht begraven in de holte van Zohra’s hals. En Zohra voelt alles. Ze voelt de schok van de penetratie alsof het haar eigen lichaam is. Ze voelt elke diepe, langzame stoot van Elias als een pulserende echo in haar eigen kern. Haar eigen spieren spannen zich aan in sympathie, haar heupen bewegen onwillekeurig mee op het ritme dat Leen wordt opgelegd. Ze klemt Leen vaster tegen zich aan, haar armen een bankschroef van gedeeld genot. "Ik voel alles," fluistert ze terug, haar lippen tegen Leens oor. "Ik ben bij je." Hun ademhalingen worden één ritme, synchroon met de bewegingen van Elias. Het is Leens lichaam dat wordt genomen, maar het is hun gezamenlijke ziel die de ervaring beleeft.
Dan, als het ritme intensiveert, trekt Elias zich met een kreun terug. Leen laat een klein, teleurgesteld geluid horen, maar Zohra is al in beweging. Ze trekt Elias naar zich toe, haar ogen branden in de zijne. "Nu ik," fluistert ze, een bevel vermomd als verzoek. De overgang is een vloeiende, bijna wanhopige dans. Elias duwt zijn pik bij Zohra naar binnen, en nu is het Leens beurt om haar gezicht in Zohra's hals te begraven en de schokgolven van genot door het lichaam van haar geliefde te voelen reizen. Ze kust haar nek, haar schouder, haar tong proevend van het zoute zweet, haar lichaam trillend op de maat van de stoten die ze voelt.
Terwijl deze intense drie-eenheid van lust zich ontvouwt, worden Bert en Thomas, die tot dan toe in een trance van aanbidding toekeken, onweerstaanbaar naar voren getrokken. Ze knielen aan weerszijden van de hoofden van de vrouwen, hun gezichten zijn een toonbeeld van een bijna pijnlijke devotie. Leen en Zohra kijken elkaar aan in een totale, onverzadigbare verstandhouding. Zonder hun omhelzing te verbreken, wenden ze tegelijkertijd hun hoofden naar de mannen. Leen neemt Bert in haar mond, haar bewegingen nu wilder, hongeriger dan voorheen. Zohra neemt Thomas, haar techniek een goddelijke, kwellende perfectie. Het tafereel is nu compleet, een levend, ademend beeldhouwwerk van totale overgave. De lucht in de studio is dik, bijna ondraaglijk van de opgebouwde spanning, gevuld met de natte, ritmische geluiden van vijf lichamen en de hijgende adem van een dozijn mannen.
De eerste golf begint. Bert, verslonden door de vurige Leen, is de eerste die breekt. Een diepe, schorre kreet rolt uit zijn keel en zijn lichaam verstijft in een laatste, alles gevende spasme. Leen ontvangt zijn overgave zonder het ritme te verbreken, haar keel spant zich aan in een krachtige slikbeweging. Een fractie van een seconde later volgt Thomas. Zijn climax is stiller, een diepe, trillende overgave in de zachte, kundige mond van Zohra, die hem vasthoudt tot de laatste schokgolf is weggeëbd en de laatste druppel is doorgeslikt.
De dubbele ontlading, zo dichtbij, is de laatste duw die Elias nodig heeft. Diep in Zohra's lichaam, zijn bewegingen al razendsnel en ongecontroleerd, voelt hij zijn eigen hoogtepunt naderen. Zijn schreeuw is er een van pure, onversneden extase als hij zichzelf diep in haar leegt, een laatste, verzengende golf van witte hitte. De laatste schokgolf van de drievoudige climax ebt weg. Elias, Bert en Thomas trekken zich hijgend terug, hun lichamen slap van de overgave. Ze zakken weg in de kring van andere mannen, die nu niet langer rustig afwachten. Een nieuwe, ongeduldige energie begint door de groep te gonzen. Ze hebben de offers gezien, en nu willen ze zelf offeren. Een aantal mannen komt al overeind, hun lichamen hard en klaar, hun blikken gefixeerd op de twee vrouwen.
Maar Leen en Zohra zijn nog niet klaar met elkaar. Leen draait haar hoofd en kijkt Zohra aan. Haar ogen branden met een nieuwe, onverzadigbare honger. "Ik wil je proeven," fluistert ze, en de woorden zijn een vonk in de explosieve atmosfeer. Zohra antwoordt met een glimlach. Een diepe, allesomvattende glimlach vol van een donkere, speelse belofte. Met een vanzelfsprekendheid die geen woorden nodig heeft, beginnen ze zich te herpositioneren.
In de regiekamer schreeuwt Alain in zijn microfoon. "Blijf op hen! Kraan, geef me het bovenaanzicht, nu! Ik wil deze geometrie!"
Met soepele, bijna reptielachtige bewegingen draaien de vrouwen zich naar elkaar toe. De wachtende mannen stoppen, hun opmars onderbroken, volledig gefascineerd door de onverwachte wending. Ze kijken toe hoe de lichamen van de twee koninginnen over elkaar heen glijden, hun ledematen zich verstrengelend in de meest intieme van alle configuraties. De dames gaan in positie 69 liggen. Hun lichamen vormen een perfecte, gesloten cirkel van genot. Een eindeloze lus van geven en nemen, waarin de grens tussen gever en ontvanger volledig vervaagt. Zohra's donkere, krullende haar spreidt zich uit over de blonde venusheuvel van Leen, terwijl Leens blonde lokken een gordijn vormen rond de heupen van Zohra. Ze sluiten hun ogen en geven zich over aan hun eigen, private, laatste ritueel. De enige geluiden zijn nu hun zachte, versnellende ademhalingen en de natte, intieme klanken van hun tongen en lippen.
Terwijl de koninginnen zich terugtrekken in hun heiligdom, verschuift de energie tussen de mannen. De aanblik van de twee vrouwen die zo volledig in elkaar opgaan, is geen afknapper, maar een nieuwe, vreemde vorm van opwinding. Twee van hen, Bart en Milan, die naast elkaar op de grond zitten, vinden elkaars blik. Er is geen aarzeling, geen schaamte. Geïnspireerd door de absolute vrijheid die de vrouwen hebben gedemonstreerd, schuiven ze naar elkaar toe. Een aarzelende kus wordt al snel dieper, en in de stilte van de studio beginnen de twee mannen de liefde te bedrijven, hun bewegingen eerst onwennig, dan steeds zelfverzekerder. Een derde man, Geert, komt langzaam overeind. Hij kijkt niet naar de vrouwen, maar naar het nieuwe tafereel dat zich tussen de mannen ontvouwt. Zijn gezicht is onpeilbaar. Hij komt achter hen staan en begint de rug van de man die stoot, Bart, zachtjes te strelen. Zijn aanraking is kalmerend, maar ook directief. Hij legt zijn andere hand op Barts heup, pakt zijn kont vast, en zijn vingers beginnen zachtjes de maat te slaan. Hij geeft het ritme aan, dwingt Bart dieper en sneller te bewegen. De twee mannen geven zich over aan zijn leiding. Geert is niet langer alleen een deelnemer; hij is een dirigent geworden, een rol die hij van de vrouwen heeft geleerd.
Dan, als het ritme zijn hoogtepunt bereikt, herpositioneert Geert zich. Hij duwt de heupen van Bart iets naar voren, creëert ruimte, en duwt zijn eigen opwinding achter in de man. Barts adem stokt in een scherpe, verraste kreun. Nu is er geen weg meer terug. De laatste grens is overschreden. De greep van Geert is dwingend, zijn ritme onverbiddelijk. Hij duwt Bart dieper in Milan, terwijl hij zichzelf dieper in Bart duwt. De drie mannen zijn niet langer individuen; ze zijn een keten, een enkel, pulserend organisme van pure, mannelijke lust. De lucht is gevuld met hun diepe, gutturale kreten. Het is Geert, de dirigent, die als eerste de controle verliest. Met een laatste, brullende schreeuw die door de studio echoot, verstijft zijn lichaam en stort hij zijn hoogtepunt diep in Bart.
De schokgolf van zijn climax is de vonk die de rest van de keten ontsteekt. Bart, gevangen tussen de ontvangende Milan en de stotende Geert, wordt door de interne explosie meegesleurd. Hij schreeuwt het uit, een geluid van pijn en pure extase, en komt klaar in Milan, die op zijn beurt met een laatste, diepe zucht van overgave zijn eigen climax bereikt. Voor een moment is er een tableau van ineengestrengelde, trillende lichamen, en dan storten de drie mannen in elkaar, een hoop van zwetende, hijgende ledematen. De keten is gebroken.
Hun collectieve, rauwe schreeuw van overgave snijdt door de hypnotiserende sfeer in de studio. De andere mannen worden uit hun trance gerukt. De aanblik van de ineengestorte mannen en de dierlijke, onversneden lust die is vrijgekomen, wakkert hun eigen, smeulende vuur aan tot een laaiende brand.
De twee gescheiden universums van lust kunnen niet lang naast elkaar bestaan. De zwaartekracht van de twee koninginnen is te sterk. Hun aandacht wordt, als ijzervijlsel naar een magneet, weer volledig naar de vrouwen getrokken. Leen en Zohra, nog steeds verstrengeld in hun eindeloze lus van wederzijds genot, voelen de nadering. Ze verbreken hun 69-positie niet met tegenzin, maar met de vanzelfsprekendheid van een rivier die van koers verandert. Ze rollen op hun rug, hun lichamen parallel, hun handen nog steeds stevig in elkaar verstrengeld. Ze zijn klaar.
De mannen, hun ogen wild en glazig van pure, ongeremde lust, dringen naar voren. Ze struikelen over elkaar, een kluwen van verlangen, een wanhopige, zwetende massa die wordt aangetrokken door de twee brandende zonnen in hun midden. De vrouwen worden het centrum van een aanbiddende, hongerige chaos. Lars, met een dierlijke brul, duwt zich in Leen. Tegelijkertijd neemt Elias Zohra, zijn stoten onmiddellijk diep en bezitterig. Maar het stopt daar niet. Matteo, zijn gezicht een masker van adoratie, knielt bij Leens hoofd, zijn mond zoekt de hare, smekend om een kus. Een andere man, De vrouwen zijn niet langer het middelpunt van een cirkel; ze zijn een eiland dat wordt verzwolgen door een kolkende, geile zee van lichamen.
Het is een totale, allesverslindende overgave aan de zintuigen. Leen voelt de diepe, vullende stoten van Lars in haar, een ritme dat haar kern doet trillen en scheuren. "God, ja!" schreeuwt ze en ze gooit haar hoofd achterover. Terwijl ze de lippen van Matteo proeft, haar tong die een speelse, geile dans met de zijne voert, vindt haar vrije hand de gespannen, harde erectie van een man die naast haar ligt. Ze knijpt, hard. "Jij bent de volgende," hijgt ze, en de man kreunt alsof hij door de bliksem is getroffen. De opwinding is een verzengend vuur dat door haar aderen jaagt, een gevoel van goddelijke almacht vermengd met een ondraaglijke, bijna brekende kwetsbaarheid.
Lars, volledig verloren in zijn eigen extase, begint te beuken, zijn ritme te snel, te hard, bijna bruut. Leen, zelfs op het hoogtepunt van haar roes, is nog steeds de dirigente. Haar lichaam overspant zich. Ze plaatst een stevige hand op zijn heup, haar nagels diep in zijn huid. "Trager, beest," gromt ze, haar stem een bevel en een streling tegelijk. "Ik wil je voelen. Elke. Fucking. Centimeter." Hij gehoorzaam onmiddellijk, zijn ritme vertraagt tot een diepe, kwellende, zwoele puls die haar opnieuw doet schreeuwen, een lange, jammerende gil van een orgasme dat door de vorige wordt opgewekt.
Zohra verkeert in een andere staat. Waar Leen het vuur bestuurt, wordt Zohra de stormachtige oceaan. Ze laat zich meevoeren, haar lichaam is een instrument van genot dat door talloze handen wordt bespeeld. Ze voelt Elias in haar, diep en zeker, een anker in de waanzin. Ze voelt de mond op haar borst, de handen in haar haar, de vingers die haar dijen strelen. De serene godin is gebroken, en in haar plaats is een jammerende, onverzadigbare nimf verrezen. Ze houdt Leens hand vast als een levenslijn, en elke keer als een golf van orgasme door haar heen trekt, een oncontroleerbaar, schokkend spasme, knijpt ze, haar nagels diep in Leens palm. "Leen!" jammert ze, haar stem gebroken. "Het stopt niet... ik wil niet dat het stopt!"
In de regiekamer staart Alain wezenloos naar de monitoren. Hij geeft geen bevelen meer. Zijn ademhaling is oppervlakkig, zijn mond staat half open. Hij is niet langer een regisseur die een product leidt; hij is een man die verdrinkt in een oceaan van pure, onverdunde lust die van zijn eigen schermen afspat. Zijn team filmt op instinct, hun professionaliteit een dun, krakend vernislaagje over hun eigen, dierlijke reacties. Kevin, de cameraman van Handheld 2, hijgt zwaar, zijn camera trilt niet alleen door de inspanning, maar op het ritme van zijn eigen opwinding. Hij voelt de harde zwelling in zijn broek tegen de achterkant van de camera drukken en gebruikt de lichte vibratie van het apparaat om een ondraaglijke, kwellende jeuk te verzachten. Zijn collega Thomas van Handheld 3 heeft zijn lens gefixeerd op Zohra, maar zijn vrije hand, die de camera zou moeten stabiliseren, rust nu op zijn eigen dij, zijn vingers gevaarlijk dicht bij zijn kruis.
De lenzen vangen de chaos genadeloos. Alain schreeuwt een schor bevel: "Geef me de zaal! Pan over de zaal!" Het beeld op Monitor 4, het totaalbeeld, kantelt en glijdt over de publiekstribunes. Wat het onthult, is een apocalyps van losgeslagen verlangen. Het is geen publiek meer; het is een orgie. De hypnotiserende, donkere bassen van de muziek en de jammerende kreten van de vrouwen op het podium hebben de laatste dam van het maatschappelijk fatsoen doorbroken. In de fluwelen stoelen op de eerste rij is een koppel niet langer discreet. De man heeft zijn broek op zijn enkels, zijn heupen bewegen in een traag, bezeten ritme terwijl hij de vrouw, die met haar rok omhoog op zijn schoot zit, neemt. Haar hoofd is achterover gegooid, haar mond open in een stille schreeuw van genot. Een paar stoelen verder heeft een man die zichzelf bevredigt alle schaamte laten varen, zijn bewegingen zijn snel en wanhopig. In de gangpaden, voorheen leeg, ligt nu een kluwen van lichamen; een jonge man knielt tussen de benen van twee vrouwen die elkaar hartstochtelijk kussen. Hogerop, in de donkere achterste rijen, zijn de schaduwen niet langer stil. Het zijn silhouetten van bewegende lichamen, van kledingstukken die worden uitgetrokken, van een vrijheid die zowel angstaanjagend als onweerstaanbaar is. De revolutie is totaal. De scheiding tussen kijker en deelnemer is opgeheven.
In de regiekamer ziet Alain dit alles. Hij hoort de hijgende adem van zijn cameramannen in zijn oortjes. Hij voelt de pulserende bas in zijn borstkas. Hij ziet de eindeloze golven van orgasme op de lichamen van Leen en Zohra. En iets in hem breekt. Zijn blik, die wezenloos was, wordt hard en hongerig. Hij draait zich om, weg van de monitoren. Zijn ogen vinden Sarah, de script-supervisor. Ze staat tegen de achterwand, haar klembord nutteloos in haar hand, haar ogen vastgelijmd aan de schermen, haar lippen licht geopend, haar lichaam zachtjes wiegend op de muziek. Alain zegt niets. Hij overbrugt de twee meter tussen hen in drie snelle passen. Hij drukt haar tegen de muur, zijn lichaam hard en dwingend. Ze slaakt een verraste, bange kreet, maar die wordt onmiddellijk gesmoord door zijn mond die de hare vindt. Zijn kus is geen kus; het is een beet, een daad van pure, opgekropte frustratie en lust.
Zijn handen, die gewend zijn aan de precisie van knoppen en schuiven, zijn nu lomp en dierlijk. Hij grijpt de zoom van haar rok en tilt hem met een ruwe beweging op. Hij hoort het scheuren van haar panty, een geluid dat hem alleen maar meer opwindt. Sarah's verzet is al gesmolten tot een hijgende overgave, haar handen klampen zich vast aan zijn schouders. Tegen de koude muur van de regiekamer, verlicht door de beelden van de orgie die hij zelf uitzendt, duwt Alain zich in haar. Zijn stoten zijn kort, hard en wanhopig. Het is geen liefde. Het is geen verleiding. Het is de ultieme besmetting. De chaos van het podium heeft zijn laatste bastion veroverd: de controlekamer zelf.
Op het podium begint de cyclus. Het is geen enkele, grote climax. Het is een machine van lust die op gang is gekomen en niet meer te stoppen is. De mannen kunnen zich niet bedwingen en drijven Leen en Zohra tot het uiterste.
Lars, die door Leen tot een ondraaglijk niveau van genot is gevoerd, schreeuwt het uit en komt klaar. Maar er is geen rust. Leen duwt zijn slappe lichaam met een minachtende kracht van zich af. "Volgende!" schreeuwt ze, haar ogen staan wild. Onmiddellijk neemt een andere, frisse, harde man zijn plaats in, en de meedogenloze puls begint opnieuw, haar lichaam wordt geen moment van rust gegund. Een nieuwe golf van spasmes trekt door haar heen. Ze jammert, haar lichaam overgeleverd aan de eindeloze stroom van genot en pijn. Bij Zohra is het een vloeiender getij. Elias komt klaar met een diepe zucht, zijn voorhoofd tegen het hare, en kust haar teder. Maar terwijl hij zich terugtrekt, staat de volgende al klaar. Er is geen pauze, geen ademruimte. De stroom is onverbiddelijk. "Alsjeblieft, Zohra," fluistert een man, en ze trekt hem naar zich toe, haar lichaam alweer klaar om te ontvangen. Ze komt constant klaar, haar kreten zijn geen scherpe gillen meer, maar een lang, ononderbroken, golvend jammeren.
De vrouwen worden vastgehouden in deze eindeloze cyclus. Hun lichamen trillen op de rand van de waanzin, hun geest is verloren in een trance van perpetuele climax. Ze houden elkaars handen vast alsof hun leven ervan afhangt, hun knokkels zien wit. Ze schreeuwen, ze lachen, ze huilen, hun gezichten zijn een onleesbaar masker van een emotie die dieper gaat dan genot en hoger reikt dan pijn.
De climaxen zijn overal. Een man spuit met een brul over Zohra's borsten. Een ander wordt door Leen gedwongen zijn ontlading in haar mond te lozen, die ze gulzig doorslikt. Hun lichamen, die al glinsterden, worden nu bedolven. Hun haar kleeft samen, hun gezichten zijn besmeurd. Wanneer een man per ongeluk in Leens ogen klaarkomt, knippert ze, en een trage, gevaarlijke glimlach verschijnt op haar gezicht. "Goed zo, jongen," fluistert ze. "Volgende keer in mijn mond." Minuten worden een eeuwigheid. Er is geen begin, geen einde. Alleen de constante, pulserende realiteit van lichamen, vloeistoffen, geluiden en een extase zo totaal dat het grenst aan de dood.
Dan, heel langzaam, begint de machine te sputteren. De mannen zijn op. Hun kracht is verbruikt, hun lust is op en totaal leeggemaakt in de twee allesverslindende vrouwen. De laatste man, zijn bewegingen al zwak en bijna mechanisch, voltooit zijn taak met een laatste, diepe zucht en stort in elkaar. De plek blijft leeg. De stilte die neerdaalt is oorverdovend. De orkaan is uitgeraasd. Wat overblijft is een adembenemend, bijna afschuwelijk tafereel van totale verwoesting en voltooiing.
Te midden van de ineengezakte, trillende, slapende lichamen, liggen de twee vrouwen. Stil. Hun handen nog steeds in elkaar verstrengeld. Hun lichamen, van hun voorhoofd tot aan hun tenen, glinsteren onder een dikke, parelmoeren laag van de talloze offers. Ze zijn geen vrouwen van vlees en bloed meer. Ze zijn iconen, tot leven gekomen standbeelden van een nieuwe, ongetemde vruchtbaarheid. Langzaam, heel langzaam, openen ze hun ogen. En ze kijken naar elkaar. In hun blik is er geen lust meer. Geen triomf. Geen pijn. Alleen een diepe, onpeilbare, oneindige verstandhouding. Ze hebben samen de poorten van de hel en de hemel doorbroken en zijn aan de andere kant aangekomen.
Langzaam dooft het beeld op miljoenen schermen. Het laatste wat de wereld ziet, is het beeld van de twee vrouwen, verstrengeld in het hart van de chaos, verenigd in de stilte van de voltooiing. En dan, niets meer. De uitzending is beëindigd. De rode opnamelampjes op de camera’s doven. De hete, magische gloed van de showverlichting wordt vervangen door een harder, functioneler werklicht. De betovering is verbroken. Wat overblijft is de rauwe nasleep: de geur van zweet en seks, en het zachte, ritmische gehijg van de uitgeputte lichamen.
Op dat moment verbreekt een schurend geluid van een deur aan de zijkant van het podium de stilte. Alle hoofden draaien zich om. Vanuit de schaduwen bij de artiesteningang strompelt een figuur het podium op. Het is een man, onvast op zijn benen, zijn hemd uit zijn broek, zijn gezicht een afschuwelijk masker van ongeloof, woede en een soort gebroken verlangen. Het is Kristof, de man van Leen.
Hij heeft het hele gebeuren met groeiende verbijstering gevolgd op een scherm in de studiobar, glas na glas whisky achteroverslaand in een poging de realiteit te verdoven. Maar de beelden waren te sterk, de waarheid te rauw. Nu komt hij alles in levende lijve bekijken.
De serene rust op Leens gezicht verdwijnt. Haar blik wordt ijskoud.
Kristof strompelt door de kring van naakte, uitgeputte lichamen, negeert ze alsof het decorstukken zijn. Zijn ogen zijn hol en gefixeerd op zijn vrouw, bedekt met het zaad van een dozijn andere mannen. Hij zegt niets. Er is geen ruzie, geen verwijt, alleen een dierlijke, primaire drang om te claimen wat hij als zijn eigendom beschouwt. Zonder iets te zeggen, stort hij zich op Leen. Het is geen daad van passie. Het is lomp, wanhopig en doordrenkt van alcohol. Hij valt bovenop Leen, zijn knieën pijnlijk op de grond. Hij frommelt aan zijn broek met een gefrustreerde, inefficiënte beweging. Leens gezicht is volkomen uitdrukkingsloos. Ze verzet zich niet. Ze doet niets. Ze laat het gebeuren, haar blik is leeg, over zijn schouder gericht, alsof ze kijkt naar een vreemd, oninteressant natuurverschijnsel. Dit heeft niets meer met haar te maken.
Hij duwt zich in haar, een korte, harde, liefdeloze beweging. Na vijf snelle, hijgende stoten is het voorbij. Met een korte, bijna pathetische kreun komt hij klaar. Zijn lichaam wordt slap en hij zakt op haar in, een zware, zwetende, naar drank ruikende last. De grote, mythische ceremonie eindigt met deze banale, bijna trieste epiloog.
Voor een seconde blijft het stil. Dan, met een kracht die niet van woede komt, maar van een diepe, absolute minachting, duwt Leen het zware, slappe lichaam van haar man van zich af. Hij rolt opzij op de met zaad besmeurde vloer en blijft daar liggen, een zielig, ineengekrompen hoopje mens.
Epiloog: Een Jaar Later
De zon is meedogenloos, bijna goddelijk. Ze brandt op de witte tegels rond een zwembad dat zo blauw is dat het pijn doet aan de ogen. Leen ligt op een design ligbed, topless, haar huid goudbruin, haar lichaam strakker en zelfverzekerder dan ooit. Een oversized zonnebril verbergt haar ogen, maar niet de lome, tevreden glimlach op haar lippen. Ze is omringd door haar vriendinnen, een kliek van lachende, eveneens topless vrouwen, de lucht zwaar van de geur van zonnecrème en dure prosecco.
In haar hand balanceert ze een groot glas Aperol Spritz, de oranje kleur een scherp contrast met het kristalheldere water.
"Kristof, schat," roept ze, haar stem lui en achteloos, zonder haar hoofd op te tillen. "Waar blijven de hapjes? We verhongeren hier."
Vanuit het poolhouse komt Kristof aangelopen. Hij is slanker, zijn huid te rood verbrand, zijn schouders licht gebogen. Hij draagt een witte linnen short. Op een zilveren dienblad balanceert hij een selectie van olijven, kaasjes en flinterdun gesneden ham. Hij zegt niets. Zwijgend en efficiënt plaatst hij de schaaltjes op het tafeltje tussen de vrouwen, die hem volkomen negeren. Hij is een deel van het meubilair geworden.
Op het moment dat Kristof zich omdraait om de lege glazen op te ruimen, begint de telefoon van Leen te zoemen op de warme tegels naast haar. Ze pakt hem op, kijkt naar het scherm, en de glimlach op haar lippen wordt breder, scherper. Ze houdt een vinger omhoog naar haar vriendinnen, die hun luidruchtige gesprek onmiddellijk staken. "Alain," zegt ze, haar stem nu een zachte, spinnende purr. "Hoe gaat het met je?"
Aan de andere kant van de lijn klinkt de stem van de televisiebaas, glad als honing en vergif. "Leen. Je was… historisch. Onvergetelijk. De cijfers, Leen, de cijfers zijn nog nooit geëvenaard. De wereld praat nog steeds over je."
"Dat weet ik," antwoordt ze, en ze neemt een slokje van haar Aperol.
"We hebben iets nieuws," gaat hij verder, zijn stem nu samenzweerderig, opgewonden. "Iets groots. Iets dat alleen jij kan doen. We hebben een format, een primetime spelshow. Een revolutie, Leen, net als jij."
Ze wacht, een roofdier dat haar prooi laat spartelen.
"We noemen het: 'Wie wordt de vader van mijn baby?' En we willen jou. Als presentatrice. En als hoofdprijs."
De stilte duurt een paar seconden. Leen's blik glijdt over het zwembad, naar Kristof, die nu de rand van het zwembad schoonmaakt met een netje. Ze kijkt naar de zonovergoten gezichten van haar vriendinnen. Ze voelt de hitte op haar blote borsten.
En dan begint ze te lachen.
EINDE
- - -
Meer weten over dit verhaal? abonneer je dan op de nieuwsbrief door mij een mail te sturen. Mijn emailadres vind je in mijn profiel.
Maar veel tijd om uit te rusten hebben de dames niet.
Een zacht geluid van schuifelende blote voeten op de gladde vloer verbreekt de gewijde stilte. Vanuit de kring van mannen komt een eerste man op hen af. Het is Elias. Zijn naakte lichaam is een canvas, getekend door de avond met rode vegen van nagels en opdrogende, glinsterende sporen. Hij is uitgeput, maar zijn ogen branden nog steeds met een ongedoofd vuur, een diepe, spirituele vlam die niets meer te maken heeft met simpele lust. Hij stopt op een respectvolle afstand van het heiligdom van de twee vrouwen. Hij valt niet op zijn knieën, maar blijft staan, kwetsbaar in zijn naaktheid, zijn schouders recht, zijn hoofd opgeheven. Zijn blik is vragend, een stille, bijna smekende vraag. Hij eist niets. Hij hoopt alleen, met een intensiteit die de lucht doet trillen. Hij wacht tot een van de koninginnen ja knikt.
Leen, die met haar hoofd op Zohra's schouder rust, haar gezicht begraven in de warmte van haar hals, voelt de verandering in de atmosfeer. Het is een subtiele verschuiving in de energie, een nieuwe focus in de kamer die haar zintuigen, nu hypersensitief, onmiddellijk oppikken. Ze opent haar ogen. Haar blik is zwaar, voldaan als een roofdier na de jacht, maar onmiddellijk alert. Ze ziet de man staan, het naakte verlangen in zijn houding, de onuitgesproken, allesomvattende vraag in zijn ogen. Een schaduw van een glimlach, een mengeling van ongeloof en pure macht, speelt om haar lippen.
Zohra, die de blik van Leen en het lichte spannen van haar spieren voelt, heft langzaam haar hoofd op. Haar bewegingen zijn loom, als van iemand die uit een diepe, droomloze slaap ontwaakt waarin ze de wereld heeft geschapen. Ze kijkt naar Elias, en haar blik is onpeilbaar. Ze ziet zijn fysieke opwinding, maar ze kijkt dieper. Ze ziet de hoop die grenst aan wanhoop, het verlangen om de nacht niet te laten eindigen, het geduld van een ware gelovige.
Voor een lange, hartverscheurende seconde gebeurt er niets. De hele studio, met zijn stille camera's en ineengezakte lichamen, lijkt te wachten op dit ene, laatste oordeel. De stilte is absoluut. Zohra's blik glijdt van Elias naar Leen. Ze ziet de speelse, uitdagende vonkel in Leens ogen, de nauwelijks waarneembare glimlach die zegt: Durf je?
Dan, heel langzaam, bijna onmerkbaar, knikt Zohra.
Het is geen enthousiaste knik. Het is geen bevel. Het is een zachte, bijna vermoeide beweging, maar het is genoeg. Het is een bevestiging. Het is toestemming. Een golf van pure, zichtbare opluchting trekt door het lichaam van Elias. Zijn schouders, die gespannen stonden, zakken in. De brandende vlam in zijn ogen wordt zachter, warmer, een gloed van oneindige dankbaarheid. De ceremonie was dan toch nog niet voorbij. Het was slechts een pauze.
Elias, gedreven door een diepe, brandende behoefte die zijn uitputting volledig overstijgt, beweegt zich naar hen toe. Hij stapt niet, hij glijdt, zijn voeten geruisloos op de vloer, zijn ogen gefixeerd op de twee ineengestrengelde vrouwen. Hij kiest zijn positie achter Leen, niet uit instinct, maar uit een onweerstaanbare drang om zich te voegen in hun heilige cirkel. Zijn handen, trillend van ingehouden verlangen, landen op haar heupen. "Leen," fluistert hij, zijn stem een schorre smeekbede. Ze antwoordt niet met woorden, maar door haar heupen lichtjes op te tillen, een stille, allesomvattende uitnodiging. Hij spreidt haar zachtjes en met een diepe, bevende zucht duwt hij zijn opwinding in haar. Het is een daad van pure aanbidding, een gevoel van thuiskomen. De warmte, de natte, omvattende strakheid... het is meer dan hij had durven hopen.
Een scherpe, sissende ademstoot ontsnapt Leen. De plotselinge volheid is een welkome schok, een vonk die het smeulende vuur in haar opnieuw aanwakkert tot een laaiende brand. Ze grijpt de armen van Zohra, haar nagels zachtjes in haar huid. "Zohra... voel je dat?" hijgt ze, haar gezicht begraven in de holte van Zohra’s hals. En Zohra voelt alles. Ze voelt de schok van de penetratie alsof het haar eigen lichaam is. Ze voelt elke diepe, langzame stoot van Elias als een pulserende echo in haar eigen kern. Haar eigen spieren spannen zich aan in sympathie, haar heupen bewegen onwillekeurig mee op het ritme dat Leen wordt opgelegd. Ze klemt Leen vaster tegen zich aan, haar armen een bankschroef van gedeeld genot. "Ik voel alles," fluistert ze terug, haar lippen tegen Leens oor. "Ik ben bij je." Hun ademhalingen worden één ritme, synchroon met de bewegingen van Elias. Het is Leens lichaam dat wordt genomen, maar het is hun gezamenlijke ziel die de ervaring beleeft.
Dan, als het ritme intensiveert, trekt Elias zich met een kreun terug. Leen laat een klein, teleurgesteld geluid horen, maar Zohra is al in beweging. Ze trekt Elias naar zich toe, haar ogen branden in de zijne. "Nu ik," fluistert ze, een bevel vermomd als verzoek. De overgang is een vloeiende, bijna wanhopige dans. Elias duwt zijn pik bij Zohra naar binnen, en nu is het Leens beurt om haar gezicht in Zohra's hals te begraven en de schokgolven van genot door het lichaam van haar geliefde te voelen reizen. Ze kust haar nek, haar schouder, haar tong proevend van het zoute zweet, haar lichaam trillend op de maat van de stoten die ze voelt.
Terwijl deze intense drie-eenheid van lust zich ontvouwt, worden Bert en Thomas, die tot dan toe in een trance van aanbidding toekeken, onweerstaanbaar naar voren getrokken. Ze knielen aan weerszijden van de hoofden van de vrouwen, hun gezichten zijn een toonbeeld van een bijna pijnlijke devotie. Leen en Zohra kijken elkaar aan in een totale, onverzadigbare verstandhouding. Zonder hun omhelzing te verbreken, wenden ze tegelijkertijd hun hoofden naar de mannen. Leen neemt Bert in haar mond, haar bewegingen nu wilder, hongeriger dan voorheen. Zohra neemt Thomas, haar techniek een goddelijke, kwellende perfectie. Het tafereel is nu compleet, een levend, ademend beeldhouwwerk van totale overgave. De lucht in de studio is dik, bijna ondraaglijk van de opgebouwde spanning, gevuld met de natte, ritmische geluiden van vijf lichamen en de hijgende adem van een dozijn mannen.
De eerste golf begint. Bert, verslonden door de vurige Leen, is de eerste die breekt. Een diepe, schorre kreet rolt uit zijn keel en zijn lichaam verstijft in een laatste, alles gevende spasme. Leen ontvangt zijn overgave zonder het ritme te verbreken, haar keel spant zich aan in een krachtige slikbeweging. Een fractie van een seconde later volgt Thomas. Zijn climax is stiller, een diepe, trillende overgave in de zachte, kundige mond van Zohra, die hem vasthoudt tot de laatste schokgolf is weggeëbd en de laatste druppel is doorgeslikt.
De dubbele ontlading, zo dichtbij, is de laatste duw die Elias nodig heeft. Diep in Zohra's lichaam, zijn bewegingen al razendsnel en ongecontroleerd, voelt hij zijn eigen hoogtepunt naderen. Zijn schreeuw is er een van pure, onversneden extase als hij zichzelf diep in haar leegt, een laatste, verzengende golf van witte hitte. De laatste schokgolf van de drievoudige climax ebt weg. Elias, Bert en Thomas trekken zich hijgend terug, hun lichamen slap van de overgave. Ze zakken weg in de kring van andere mannen, die nu niet langer rustig afwachten. Een nieuwe, ongeduldige energie begint door de groep te gonzen. Ze hebben de offers gezien, en nu willen ze zelf offeren. Een aantal mannen komt al overeind, hun lichamen hard en klaar, hun blikken gefixeerd op de twee vrouwen.
Maar Leen en Zohra zijn nog niet klaar met elkaar. Leen draait haar hoofd en kijkt Zohra aan. Haar ogen branden met een nieuwe, onverzadigbare honger. "Ik wil je proeven," fluistert ze, en de woorden zijn een vonk in de explosieve atmosfeer. Zohra antwoordt met een glimlach. Een diepe, allesomvattende glimlach vol van een donkere, speelse belofte. Met een vanzelfsprekendheid die geen woorden nodig heeft, beginnen ze zich te herpositioneren.
In de regiekamer schreeuwt Alain in zijn microfoon. "Blijf op hen! Kraan, geef me het bovenaanzicht, nu! Ik wil deze geometrie!"
Met soepele, bijna reptielachtige bewegingen draaien de vrouwen zich naar elkaar toe. De wachtende mannen stoppen, hun opmars onderbroken, volledig gefascineerd door de onverwachte wending. Ze kijken toe hoe de lichamen van de twee koninginnen over elkaar heen glijden, hun ledematen zich verstrengelend in de meest intieme van alle configuraties. De dames gaan in positie 69 liggen. Hun lichamen vormen een perfecte, gesloten cirkel van genot. Een eindeloze lus van geven en nemen, waarin de grens tussen gever en ontvanger volledig vervaagt. Zohra's donkere, krullende haar spreidt zich uit over de blonde venusheuvel van Leen, terwijl Leens blonde lokken een gordijn vormen rond de heupen van Zohra. Ze sluiten hun ogen en geven zich over aan hun eigen, private, laatste ritueel. De enige geluiden zijn nu hun zachte, versnellende ademhalingen en de natte, intieme klanken van hun tongen en lippen.
Terwijl de koninginnen zich terugtrekken in hun heiligdom, verschuift de energie tussen de mannen. De aanblik van de twee vrouwen die zo volledig in elkaar opgaan, is geen afknapper, maar een nieuwe, vreemde vorm van opwinding. Twee van hen, Bart en Milan, die naast elkaar op de grond zitten, vinden elkaars blik. Er is geen aarzeling, geen schaamte. Geïnspireerd door de absolute vrijheid die de vrouwen hebben gedemonstreerd, schuiven ze naar elkaar toe. Een aarzelende kus wordt al snel dieper, en in de stilte van de studio beginnen de twee mannen de liefde te bedrijven, hun bewegingen eerst onwennig, dan steeds zelfverzekerder. Een derde man, Geert, komt langzaam overeind. Hij kijkt niet naar de vrouwen, maar naar het nieuwe tafereel dat zich tussen de mannen ontvouwt. Zijn gezicht is onpeilbaar. Hij komt achter hen staan en begint de rug van de man die stoot, Bart, zachtjes te strelen. Zijn aanraking is kalmerend, maar ook directief. Hij legt zijn andere hand op Barts heup, pakt zijn kont vast, en zijn vingers beginnen zachtjes de maat te slaan. Hij geeft het ritme aan, dwingt Bart dieper en sneller te bewegen. De twee mannen geven zich over aan zijn leiding. Geert is niet langer alleen een deelnemer; hij is een dirigent geworden, een rol die hij van de vrouwen heeft geleerd.
Dan, als het ritme zijn hoogtepunt bereikt, herpositioneert Geert zich. Hij duwt de heupen van Bart iets naar voren, creëert ruimte, en duwt zijn eigen opwinding achter in de man. Barts adem stokt in een scherpe, verraste kreun. Nu is er geen weg meer terug. De laatste grens is overschreden. De greep van Geert is dwingend, zijn ritme onverbiddelijk. Hij duwt Bart dieper in Milan, terwijl hij zichzelf dieper in Bart duwt. De drie mannen zijn niet langer individuen; ze zijn een keten, een enkel, pulserend organisme van pure, mannelijke lust. De lucht is gevuld met hun diepe, gutturale kreten. Het is Geert, de dirigent, die als eerste de controle verliest. Met een laatste, brullende schreeuw die door de studio echoot, verstijft zijn lichaam en stort hij zijn hoogtepunt diep in Bart.
De schokgolf van zijn climax is de vonk die de rest van de keten ontsteekt. Bart, gevangen tussen de ontvangende Milan en de stotende Geert, wordt door de interne explosie meegesleurd. Hij schreeuwt het uit, een geluid van pijn en pure extase, en komt klaar in Milan, die op zijn beurt met een laatste, diepe zucht van overgave zijn eigen climax bereikt. Voor een moment is er een tableau van ineengestrengelde, trillende lichamen, en dan storten de drie mannen in elkaar, een hoop van zwetende, hijgende ledematen. De keten is gebroken.
Hun collectieve, rauwe schreeuw van overgave snijdt door de hypnotiserende sfeer in de studio. De andere mannen worden uit hun trance gerukt. De aanblik van de ineengestorte mannen en de dierlijke, onversneden lust die is vrijgekomen, wakkert hun eigen, smeulende vuur aan tot een laaiende brand.
De twee gescheiden universums van lust kunnen niet lang naast elkaar bestaan. De zwaartekracht van de twee koninginnen is te sterk. Hun aandacht wordt, als ijzervijlsel naar een magneet, weer volledig naar de vrouwen getrokken. Leen en Zohra, nog steeds verstrengeld in hun eindeloze lus van wederzijds genot, voelen de nadering. Ze verbreken hun 69-positie niet met tegenzin, maar met de vanzelfsprekendheid van een rivier die van koers verandert. Ze rollen op hun rug, hun lichamen parallel, hun handen nog steeds stevig in elkaar verstrengeld. Ze zijn klaar.
De mannen, hun ogen wild en glazig van pure, ongeremde lust, dringen naar voren. Ze struikelen over elkaar, een kluwen van verlangen, een wanhopige, zwetende massa die wordt aangetrokken door de twee brandende zonnen in hun midden. De vrouwen worden het centrum van een aanbiddende, hongerige chaos. Lars, met een dierlijke brul, duwt zich in Leen. Tegelijkertijd neemt Elias Zohra, zijn stoten onmiddellijk diep en bezitterig. Maar het stopt daar niet. Matteo, zijn gezicht een masker van adoratie, knielt bij Leens hoofd, zijn mond zoekt de hare, smekend om een kus. Een andere man, De vrouwen zijn niet langer het middelpunt van een cirkel; ze zijn een eiland dat wordt verzwolgen door een kolkende, geile zee van lichamen.
Het is een totale, allesverslindende overgave aan de zintuigen. Leen voelt de diepe, vullende stoten van Lars in haar, een ritme dat haar kern doet trillen en scheuren. "God, ja!" schreeuwt ze en ze gooit haar hoofd achterover. Terwijl ze de lippen van Matteo proeft, haar tong die een speelse, geile dans met de zijne voert, vindt haar vrije hand de gespannen, harde erectie van een man die naast haar ligt. Ze knijpt, hard. "Jij bent de volgende," hijgt ze, en de man kreunt alsof hij door de bliksem is getroffen. De opwinding is een verzengend vuur dat door haar aderen jaagt, een gevoel van goddelijke almacht vermengd met een ondraaglijke, bijna brekende kwetsbaarheid.
Lars, volledig verloren in zijn eigen extase, begint te beuken, zijn ritme te snel, te hard, bijna bruut. Leen, zelfs op het hoogtepunt van haar roes, is nog steeds de dirigente. Haar lichaam overspant zich. Ze plaatst een stevige hand op zijn heup, haar nagels diep in zijn huid. "Trager, beest," gromt ze, haar stem een bevel en een streling tegelijk. "Ik wil je voelen. Elke. Fucking. Centimeter." Hij gehoorzaam onmiddellijk, zijn ritme vertraagt tot een diepe, kwellende, zwoele puls die haar opnieuw doet schreeuwen, een lange, jammerende gil van een orgasme dat door de vorige wordt opgewekt.
Zohra verkeert in een andere staat. Waar Leen het vuur bestuurt, wordt Zohra de stormachtige oceaan. Ze laat zich meevoeren, haar lichaam is een instrument van genot dat door talloze handen wordt bespeeld. Ze voelt Elias in haar, diep en zeker, een anker in de waanzin. Ze voelt de mond op haar borst, de handen in haar haar, de vingers die haar dijen strelen. De serene godin is gebroken, en in haar plaats is een jammerende, onverzadigbare nimf verrezen. Ze houdt Leens hand vast als een levenslijn, en elke keer als een golf van orgasme door haar heen trekt, een oncontroleerbaar, schokkend spasme, knijpt ze, haar nagels diep in Leens palm. "Leen!" jammert ze, haar stem gebroken. "Het stopt niet... ik wil niet dat het stopt!"
In de regiekamer staart Alain wezenloos naar de monitoren. Hij geeft geen bevelen meer. Zijn ademhaling is oppervlakkig, zijn mond staat half open. Hij is niet langer een regisseur die een product leidt; hij is een man die verdrinkt in een oceaan van pure, onverdunde lust die van zijn eigen schermen afspat. Zijn team filmt op instinct, hun professionaliteit een dun, krakend vernislaagje over hun eigen, dierlijke reacties. Kevin, de cameraman van Handheld 2, hijgt zwaar, zijn camera trilt niet alleen door de inspanning, maar op het ritme van zijn eigen opwinding. Hij voelt de harde zwelling in zijn broek tegen de achterkant van de camera drukken en gebruikt de lichte vibratie van het apparaat om een ondraaglijke, kwellende jeuk te verzachten. Zijn collega Thomas van Handheld 3 heeft zijn lens gefixeerd op Zohra, maar zijn vrije hand, die de camera zou moeten stabiliseren, rust nu op zijn eigen dij, zijn vingers gevaarlijk dicht bij zijn kruis.
De lenzen vangen de chaos genadeloos. Alain schreeuwt een schor bevel: "Geef me de zaal! Pan over de zaal!" Het beeld op Monitor 4, het totaalbeeld, kantelt en glijdt over de publiekstribunes. Wat het onthult, is een apocalyps van losgeslagen verlangen. Het is geen publiek meer; het is een orgie. De hypnotiserende, donkere bassen van de muziek en de jammerende kreten van de vrouwen op het podium hebben de laatste dam van het maatschappelijk fatsoen doorbroken. In de fluwelen stoelen op de eerste rij is een koppel niet langer discreet. De man heeft zijn broek op zijn enkels, zijn heupen bewegen in een traag, bezeten ritme terwijl hij de vrouw, die met haar rok omhoog op zijn schoot zit, neemt. Haar hoofd is achterover gegooid, haar mond open in een stille schreeuw van genot. Een paar stoelen verder heeft een man die zichzelf bevredigt alle schaamte laten varen, zijn bewegingen zijn snel en wanhopig. In de gangpaden, voorheen leeg, ligt nu een kluwen van lichamen; een jonge man knielt tussen de benen van twee vrouwen die elkaar hartstochtelijk kussen. Hogerop, in de donkere achterste rijen, zijn de schaduwen niet langer stil. Het zijn silhouetten van bewegende lichamen, van kledingstukken die worden uitgetrokken, van een vrijheid die zowel angstaanjagend als onweerstaanbaar is. De revolutie is totaal. De scheiding tussen kijker en deelnemer is opgeheven.
In de regiekamer ziet Alain dit alles. Hij hoort de hijgende adem van zijn cameramannen in zijn oortjes. Hij voelt de pulserende bas in zijn borstkas. Hij ziet de eindeloze golven van orgasme op de lichamen van Leen en Zohra. En iets in hem breekt. Zijn blik, die wezenloos was, wordt hard en hongerig. Hij draait zich om, weg van de monitoren. Zijn ogen vinden Sarah, de script-supervisor. Ze staat tegen de achterwand, haar klembord nutteloos in haar hand, haar ogen vastgelijmd aan de schermen, haar lippen licht geopend, haar lichaam zachtjes wiegend op de muziek. Alain zegt niets. Hij overbrugt de twee meter tussen hen in drie snelle passen. Hij drukt haar tegen de muur, zijn lichaam hard en dwingend. Ze slaakt een verraste, bange kreet, maar die wordt onmiddellijk gesmoord door zijn mond die de hare vindt. Zijn kus is geen kus; het is een beet, een daad van pure, opgekropte frustratie en lust.
Zijn handen, die gewend zijn aan de precisie van knoppen en schuiven, zijn nu lomp en dierlijk. Hij grijpt de zoom van haar rok en tilt hem met een ruwe beweging op. Hij hoort het scheuren van haar panty, een geluid dat hem alleen maar meer opwindt. Sarah's verzet is al gesmolten tot een hijgende overgave, haar handen klampen zich vast aan zijn schouders. Tegen de koude muur van de regiekamer, verlicht door de beelden van de orgie die hij zelf uitzendt, duwt Alain zich in haar. Zijn stoten zijn kort, hard en wanhopig. Het is geen liefde. Het is geen verleiding. Het is de ultieme besmetting. De chaos van het podium heeft zijn laatste bastion veroverd: de controlekamer zelf.
Op het podium begint de cyclus. Het is geen enkele, grote climax. Het is een machine van lust die op gang is gekomen en niet meer te stoppen is. De mannen kunnen zich niet bedwingen en drijven Leen en Zohra tot het uiterste.
Lars, die door Leen tot een ondraaglijk niveau van genot is gevoerd, schreeuwt het uit en komt klaar. Maar er is geen rust. Leen duwt zijn slappe lichaam met een minachtende kracht van zich af. "Volgende!" schreeuwt ze, haar ogen staan wild. Onmiddellijk neemt een andere, frisse, harde man zijn plaats in, en de meedogenloze puls begint opnieuw, haar lichaam wordt geen moment van rust gegund. Een nieuwe golf van spasmes trekt door haar heen. Ze jammert, haar lichaam overgeleverd aan de eindeloze stroom van genot en pijn. Bij Zohra is het een vloeiender getij. Elias komt klaar met een diepe zucht, zijn voorhoofd tegen het hare, en kust haar teder. Maar terwijl hij zich terugtrekt, staat de volgende al klaar. Er is geen pauze, geen ademruimte. De stroom is onverbiddelijk. "Alsjeblieft, Zohra," fluistert een man, en ze trekt hem naar zich toe, haar lichaam alweer klaar om te ontvangen. Ze komt constant klaar, haar kreten zijn geen scherpe gillen meer, maar een lang, ononderbroken, golvend jammeren.
De vrouwen worden vastgehouden in deze eindeloze cyclus. Hun lichamen trillen op de rand van de waanzin, hun geest is verloren in een trance van perpetuele climax. Ze houden elkaars handen vast alsof hun leven ervan afhangt, hun knokkels zien wit. Ze schreeuwen, ze lachen, ze huilen, hun gezichten zijn een onleesbaar masker van een emotie die dieper gaat dan genot en hoger reikt dan pijn.
De climaxen zijn overal. Een man spuit met een brul over Zohra's borsten. Een ander wordt door Leen gedwongen zijn ontlading in haar mond te lozen, die ze gulzig doorslikt. Hun lichamen, die al glinsterden, worden nu bedolven. Hun haar kleeft samen, hun gezichten zijn besmeurd. Wanneer een man per ongeluk in Leens ogen klaarkomt, knippert ze, en een trage, gevaarlijke glimlach verschijnt op haar gezicht. "Goed zo, jongen," fluistert ze. "Volgende keer in mijn mond." Minuten worden een eeuwigheid. Er is geen begin, geen einde. Alleen de constante, pulserende realiteit van lichamen, vloeistoffen, geluiden en een extase zo totaal dat het grenst aan de dood.
Dan, heel langzaam, begint de machine te sputteren. De mannen zijn op. Hun kracht is verbruikt, hun lust is op en totaal leeggemaakt in de twee allesverslindende vrouwen. De laatste man, zijn bewegingen al zwak en bijna mechanisch, voltooit zijn taak met een laatste, diepe zucht en stort in elkaar. De plek blijft leeg. De stilte die neerdaalt is oorverdovend. De orkaan is uitgeraasd. Wat overblijft is een adembenemend, bijna afschuwelijk tafereel van totale verwoesting en voltooiing.
Te midden van de ineengezakte, trillende, slapende lichamen, liggen de twee vrouwen. Stil. Hun handen nog steeds in elkaar verstrengeld. Hun lichamen, van hun voorhoofd tot aan hun tenen, glinsteren onder een dikke, parelmoeren laag van de talloze offers. Ze zijn geen vrouwen van vlees en bloed meer. Ze zijn iconen, tot leven gekomen standbeelden van een nieuwe, ongetemde vruchtbaarheid. Langzaam, heel langzaam, openen ze hun ogen. En ze kijken naar elkaar. In hun blik is er geen lust meer. Geen triomf. Geen pijn. Alleen een diepe, onpeilbare, oneindige verstandhouding. Ze hebben samen de poorten van de hel en de hemel doorbroken en zijn aan de andere kant aangekomen.
Langzaam dooft het beeld op miljoenen schermen. Het laatste wat de wereld ziet, is het beeld van de twee vrouwen, verstrengeld in het hart van de chaos, verenigd in de stilte van de voltooiing. En dan, niets meer. De uitzending is beëindigd. De rode opnamelampjes op de camera’s doven. De hete, magische gloed van de showverlichting wordt vervangen door een harder, functioneler werklicht. De betovering is verbroken. Wat overblijft is de rauwe nasleep: de geur van zweet en seks, en het zachte, ritmische gehijg van de uitgeputte lichamen.
Op dat moment verbreekt een schurend geluid van een deur aan de zijkant van het podium de stilte. Alle hoofden draaien zich om. Vanuit de schaduwen bij de artiesteningang strompelt een figuur het podium op. Het is een man, onvast op zijn benen, zijn hemd uit zijn broek, zijn gezicht een afschuwelijk masker van ongeloof, woede en een soort gebroken verlangen. Het is Kristof, de man van Leen.
Hij heeft het hele gebeuren met groeiende verbijstering gevolgd op een scherm in de studiobar, glas na glas whisky achteroverslaand in een poging de realiteit te verdoven. Maar de beelden waren te sterk, de waarheid te rauw. Nu komt hij alles in levende lijve bekijken.
De serene rust op Leens gezicht verdwijnt. Haar blik wordt ijskoud.
Kristof strompelt door de kring van naakte, uitgeputte lichamen, negeert ze alsof het decorstukken zijn. Zijn ogen zijn hol en gefixeerd op zijn vrouw, bedekt met het zaad van een dozijn andere mannen. Hij zegt niets. Er is geen ruzie, geen verwijt, alleen een dierlijke, primaire drang om te claimen wat hij als zijn eigendom beschouwt. Zonder iets te zeggen, stort hij zich op Leen. Het is geen daad van passie. Het is lomp, wanhopig en doordrenkt van alcohol. Hij valt bovenop Leen, zijn knieën pijnlijk op de grond. Hij frommelt aan zijn broek met een gefrustreerde, inefficiënte beweging. Leens gezicht is volkomen uitdrukkingsloos. Ze verzet zich niet. Ze doet niets. Ze laat het gebeuren, haar blik is leeg, over zijn schouder gericht, alsof ze kijkt naar een vreemd, oninteressant natuurverschijnsel. Dit heeft niets meer met haar te maken.
Hij duwt zich in haar, een korte, harde, liefdeloze beweging. Na vijf snelle, hijgende stoten is het voorbij. Met een korte, bijna pathetische kreun komt hij klaar. Zijn lichaam wordt slap en hij zakt op haar in, een zware, zwetende, naar drank ruikende last. De grote, mythische ceremonie eindigt met deze banale, bijna trieste epiloog.
Voor een seconde blijft het stil. Dan, met een kracht die niet van woede komt, maar van een diepe, absolute minachting, duwt Leen het zware, slappe lichaam van haar man van zich af. Hij rolt opzij op de met zaad besmeurde vloer en blijft daar liggen, een zielig, ineengekrompen hoopje mens.
Epiloog: Een Jaar Later
De zon is meedogenloos, bijna goddelijk. Ze brandt op de witte tegels rond een zwembad dat zo blauw is dat het pijn doet aan de ogen. Leen ligt op een design ligbed, topless, haar huid goudbruin, haar lichaam strakker en zelfverzekerder dan ooit. Een oversized zonnebril verbergt haar ogen, maar niet de lome, tevreden glimlach op haar lippen. Ze is omringd door haar vriendinnen, een kliek van lachende, eveneens topless vrouwen, de lucht zwaar van de geur van zonnecrème en dure prosecco.
In haar hand balanceert ze een groot glas Aperol Spritz, de oranje kleur een scherp contrast met het kristalheldere water.
"Kristof, schat," roept ze, haar stem lui en achteloos, zonder haar hoofd op te tillen. "Waar blijven de hapjes? We verhongeren hier."
Vanuit het poolhouse komt Kristof aangelopen. Hij is slanker, zijn huid te rood verbrand, zijn schouders licht gebogen. Hij draagt een witte linnen short. Op een zilveren dienblad balanceert hij een selectie van olijven, kaasjes en flinterdun gesneden ham. Hij zegt niets. Zwijgend en efficiënt plaatst hij de schaaltjes op het tafeltje tussen de vrouwen, die hem volkomen negeren. Hij is een deel van het meubilair geworden.
Op het moment dat Kristof zich omdraait om de lege glazen op te ruimen, begint de telefoon van Leen te zoemen op de warme tegels naast haar. Ze pakt hem op, kijkt naar het scherm, en de glimlach op haar lippen wordt breder, scherper. Ze houdt een vinger omhoog naar haar vriendinnen, die hun luidruchtige gesprek onmiddellijk staken. "Alain," zegt ze, haar stem nu een zachte, spinnende purr. "Hoe gaat het met je?"
Aan de andere kant van de lijn klinkt de stem van de televisiebaas, glad als honing en vergif. "Leen. Je was… historisch. Onvergetelijk. De cijfers, Leen, de cijfers zijn nog nooit geëvenaard. De wereld praat nog steeds over je."
"Dat weet ik," antwoordt ze, en ze neemt een slokje van haar Aperol.
"We hebben iets nieuws," gaat hij verder, zijn stem nu samenzweerderig, opgewonden. "Iets groots. Iets dat alleen jij kan doen. We hebben een format, een primetime spelshow. Een revolutie, Leen, net als jij."
Ze wacht, een roofdier dat haar prooi laat spartelen.
"We noemen het: 'Wie wordt de vader van mijn baby?' En we willen jou. Als presentatrice. En als hoofdprijs."
De stilte duurt een paar seconden. Leen's blik glijdt over het zwembad, naar Kristof, die nu de rand van het zwembad schoonmaakt met een netje. Ze kijkt naar de zonovergoten gezichten van haar vriendinnen. Ze voelt de hitte op haar blote borsten.
En dan begint ze te lachen.
EINDE
- - -
Meer weten over dit verhaal? abonneer je dan op de nieuwsbrief door mij een mail te sturen. Mijn emailadres vind je in mijn profiel.
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10