Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Datum: 08-11-2025 | Cijfer: 9.5 | Gelezen: 561
Lengte: Lang | Leestijd: 30 minuten | Lezers Online: 3
St. Barthélemy 2
De Maybach stopte precies om 05:45 voor mijn loft. De chauffeur – jong, vriendelijk, donker haar, zwart pak – opende het portier met een glimlach. “Goedemorgen, Sophie toch?”

Ik droeg een klein koffertje in mijn hand, comfortabel gekleed: een zwarte joggingbroek, een zacht grijs T-shirt en een losse zwarte blazer. Geen hakken, geen make-up, alleen mijn haar in een losse knot.

Hij nam mijn koffertje over. “Laat maar, ik doe hem in de kofferbak.”

We reden naar Rotterdam The Hague Airport, de privéterminal. De Maybach stopte vlak voor de Gulfstream G650. De chauffeur opende mijn portier met een elegante buiging, nam me galant bij één arm – grappend “Voorzichtig, prinses” – en pakte met zijn andere hand mijn koffertje.

Hij begeleidde me de vliegtuigtrap op, kon zich niet beheersen en legde zijn hand op mijn bil, gaf er lichte kneepjes in. Ik denk dat hij verwachtte een afstraffing te krijgen, maar ik genoot van de aandacht en liet hem dat merken met een glimlach en een korte blik.

Boven gaf hij het koffertje aan Camila, die het direct in de ruimbagage zette. Voor hij zich omdraaide om terug naar beneden te gaan, trok ik hem even naar me toe, gaf hem een dikke knuffel met een gemeende kus op zijn mond en zei: “Ik hoop dat jij me ook ophaalt na deze lange reis terug. En als ik niet te moe ben…”

Hij knipoogde, kneep nog een keer speels in mijn bil, en liep de trap af. De limo gleed weg.

In de cabine zaten drie mannen die eruitzagen alsof ze rechtstreeks uit een actiefilm waren gestapt, maar dan met een knipoog. Vincent (38, Nederlands, donker haar, brede schouders in een grijs maatpak dat perfect zat) was het type bodyguard met een vriendelijke glimlach die zei: ik kan je breken, maar ik doe het niet.

Naast hem Rafael (42, Braziliaans-Nederlands, olijfkleurige huid, gespierd onder een strak wit overhemd), die ondeugende twinkeling in zijn ogen die beloofde dat hij misschien wel een beetje stout zou zijn.

En dan Jonas (35, Duits, blond, ijsblauwe ogen, pilotenuniform), de piloot die relaxed maar professioneel leek, alsof hij net zo makkelijk een jet landt als een biertje opent.

Camila (type Latina, veel make-up maar een echt mooi gelaat en lichaam: volle lippen, donkere ogen, strakke zwarte jurk die haar rondingen perfect volgde) leek net van een catwalk gestapt, maar dan met een dienblad in plaats van een tas.

Vincent stond op, schudde mijn hand alsof we oude vrienden waren en grijnsde. “Sophie, leuk je te ontmoeten. Ik ben Vincent, veiligheid en agenda.”

Rafael gaf een stevige handdruk, zijn ogen twinkelden. “Rafael, logistiek. Jonas vliegt, Camila serveert.”

Jonas lachte vanaf zijn stoel. “Welkom aan boord. Geen stress.”

Camila schonk water in, haar heupen wiegend. “Of wil je iets sterkers?”

“Water is prima,” zei ik, en plofte in een crèmekleurige leren stoel.

Ik keek om me heen, voelde de luxe, de spanning van de komende tien dagen, maar ook de behoefte om het luchtig te houden. Om de stilte over mijn persoon te doorbreken – ik voelde dat ze het wisten, dat ik het hoertje van hun baas zou zijn voor tien dagen, en ik wilde dat we er gewoon ontspannen over konden praten, zonder geheimen of taboes – zei ik met een lichte, ondeugende glimlach: “Jullie weten natuurlijk allang wat ik ga doen, hè? Het ‘entertainment’ dat jullie baas voor zichzelf en zijn vrienden heeft geregeld… hoe vinden jullie dat eigenlijk? Zien jullie me als… tja, hoe?”

Vincent keek me even aan, zijn gezicht neutraal maar niet koud. “Een investering,” zei hij droog. Hij pauzeerde even, alsof hij zijn woorden koos. “Net als wij. Wij worden door hem gehuurd voor onze expertise – veiligheid, logistiek, vliegen. Jij voor jouw speciale eigenschappen en diensten. Dat verhoogt zijn aanzien en smaak bij zijn vrienden. We zijn alleen professioneel.”

Rafael lachte zacht, leunde achterover. “Maar wel een leuke,” voegde hij toe, zijn stem warm en speels. Hij keek me recht aan, zijn blik gleed even over mijn gezicht, mijn losse knot, mijn comfortabele reiskleding – niets moois, gewoon echt. “Zo’n ontzettende schoonheid, zowel van buiten als van binnen. Je komt totaal niet uit de hoogte. Je doet niet alsof – je bent gewoon jezelf, relaxed, open. Dat maakt je nog aantrekkelijker.”

Ik lachte terug, mijn wangen warm van het compliment, en leunde ontspannen achterover in mijn stoel. “Ja, ik ben gewoon Sophie,” zei ik met een knipoog, mijn stem luchtig maar recht voor z’n raap. “En vergeet maar even dat ik hier zit omdat onze baas me heeft gehuurd als zijn persoonlijke speeltje, een toy voor hem en zijn vrienden.” Ik beet speels op mijn lip, keek ze één voor één aan. “Maar hé, ik vind het prima om mezelf voor geld te verkopen en me te laten gebruiken. Hoop dat jullie me daarom geen minder persoon vinden.”

Vincent’s wangen kleurden licht rood, zijn ogen even afwendend voordat hij een kuchje veinsde. Rafael’s oren werden knalrood, zijn grijns breder dan ooit, zijn hand nerveus over zijn nek wrijvend. Zelfs Jonas, die net de cockpitdeur opendeed, kreeg een blos en mompelde iets over “autopilot check” terwijl hij snel weer verdween.

Camila barstte in lachen uit. “Sophie, jij bent echt een klasse apart.”

En zo was de toon gezet: we begrepen allemaal dat we gewoon werk deden voor onze baas, geen remmingen onder elkaar hoefden te hebben, elkaar open en vriendelijk konden behandelen en dat ze tegen mij alles mochten zeggen.

De jet steeg op, soepel en stil, alsof hij de zwaartekracht even wilde vergeten. We ontspanden in de crèmekleurige stoelen, de spanning van de vroege ochtend langzaam wegzakkend. Jonas, die even uit de cockpit kwam, leunde tegen de bar en begon te vertellen. “We vlogen Max Verstappen naar Monaco,” zei hij met een grijns, zijn Duitse accent licht maar duidelijk. “Te gekke vent, en snel. Hij vroeg of we konden racen met de jet.” Vincent schudde zijn hoofd, lachend. “Hij bedoelde het serieus. Alsof we een F1-wagen in de lucht konden zetten.” We lachten allemaal, de sfeer werd losser.

In de zachte gloed van de cabineverlichting, met het gedempte geronk van de motoren als een intieme hartslag, nam ik een slok bronwater uit het kristallen glas. Ik zette het neer op het mahoniehouten tafeltje, mijn vingers nog even talmend op de rand, en voelde de spanning in de lucht – vier paar ogen op mij gericht: de piloot met zijn scherpe kaaklijn en kalme autoriteit, de twee bodyguards in hun donkere pakken die kracht uitstraalden zonder een woord, en de stewardess met haar elegante uniform dat strak om haar curves spande, haar glimlach professioneel maar warm.

Het moment was perfect, luchtig maar geladen, als een streling die belooft meer te worden. Ik leunde iets achterover in de plush leren stoel, kruiste mijn benen zodat de split in mijn jurk net een glimp van dijbloot gaf, en liet mijn stem dalen tot een zwoele fluistering die de hele cabine vulde.

“Ik studeer filosofie en internationale betrekkingen,” begon ik, mijn ogen dwalend van de een naar de ander, “en ik ben nu bij Spengler beland, De ondergang van het Avondland.” Ik pauzeerde, liet een vinger traag over de rand van mijn glas glijden, alsof ik een lichaam verkende. “Hij zegt dat democratie een illusie is, een verleidelijk masker over de rauwe chaos van de wereld. Beschavingen, ze rijzen en dalen als een dronken fietser die wankelt over kinderkopjes – één ogenblik van wilde, roekeloze euforie, het volgende een harde, onvermijdelijke val... net als dit vluchtje naar mijn opdracht, vol beloften en onzekerheden.”

De piloot glimlachte, zijn handen even los van de controls, terwijl een van de bodyguards zacht grinnikte en de stewardess dichterbij schoof met een nieuwe fles water, haar heupen wiegend in een ritme dat de turbulentie leek te negeren.

Ik leunde achterover in de zachte stoel, mijn handen gleden traag over mijn dijen – de zijden stof van mijn jurk gleed mee, plakte even aan mijn huid, en ik voelde hun blikken, warm, nieuwsgierig, bijna tastbaar. “En ik?” zei ik, mijn stem laag en zwoel, alsof ik een geheim fluisterde dat al half blootlag. “Ik betaal mijn studie door te werken voor jullie baas – door hem en zijn vrienden te geven wat ze willen, op de intiemste, meest onverbloemde manier.”

Net als Spenglers beschavingen, stijg ik en daal ik, maar dan met een glimlach, een tintelend verlangen en een factuur die mijn toekomst veiligstelt.

Ik keek ze één voor één aan, lief en open, mijn ogen twinkend in het gedimde licht. “Want stel je voor: zonder dit eindig ik met een studieschuld zo hoog als de Euromast, en dan word ik slaaf van de maatschappij – moet ik me hoereren voor een baas in een grijs kantoortje met tl-licht en een koffieautomaat die alleen maar senseo-spul uitkotst. Néé bedankt!” Ik lachte zacht, beet even op mijn onderlip. “Door dit werk begin ik straks zonder schuld, mét een huis op mijn naam. En wie weet… misschien ooit een eigen jet.”

En weet je wat het mooiste is?” Ik beet op mijn lip, mijn vingers gleden even over mijn borst – niet opvallend, maar genoeg om de spanning in de cabine te voelen oplaaien. “Ik geniet ervan. Ik vind het heerlijk om me te laten verwennen – hard, zacht, door één man of door een hele groep. Dit is geen opoffering – nou ja, een kleine dan, omdat ik niet zelf mag kiezen wie er binnenkomt. Ik heb vaker meerdere minnaars tegelijk gehad, dus dat is geen probleem, maar nu hoop ik vooral dat deze heren, hoewel betaald, me een lekker gevoel geven – dat tintelende, dat kreunende, dat ik-ben-er-helemaal-bij. En lukt dat niet? Dan is er nog altijd het geld. Preuts ben ik niet, kwetsbaar ook niet… dus kom maar op met die villa.

Ik spreidde mijn armen, mijn lach breed en uitnodigend, maar mijn hart klopte een tikje sneller – een mengeling van opwinding en die lichte kriebel van kwetsbaarheid die ik altijd voel als ik zo open ben. “Dus ja, ik ben hun speeltje voor tien dagen. Ik laat me verwennen en gebruiken. Ik moet me helemaal geven.” Ik voelde een lichte zenuwtrek in mijn buik, een vleugje onzekerheid dat ik snel wegwuifde met een glimlach, mijn wangen warm. “En ja, ik realiseer me dat het ook tegen kan vallen, en dat zit ik nu tegen vier totaal onbekenden nog te vertellen. Gek, hè?” Mijn stem trilde even, niet van schaamte, maar van de pure adrenaline van het moment – het voelde als een sprong in het diepe, maar een die ik zelf koos.

Camila’s ogen werden groot, haar wangen rood, maar ze barstte in lachen uit. Vincent verslikte zich bijna in zijn water, zijn professionele façade kraakte als een dun laagje ijs. Rafael’s oren gloeiden, maar hij grijnsde breed, zijn hand nerveus over zijn nek wrijvend.

“Sophie, jij bent een wandelende case-study,” zei Rafael, zijn stem schor van pret.

“En een hele leuke,” voegde ik toe, “maar dat wisten jullie al.”

Camila boog zich naar me toe, haar stem hees. “Een hele leuke case-study… geil, knap én slim. Mooie combinatie, schat.”

Rafael leunde voorover, zijn gespierde armen op zijn knieën. “Ja, geen arrogante callgirl… gewoon een lekker, toegankelijk hoertje,” zei hij, en toen: “Haha, oops, sorry schat, ik bedoel het lief!” Hij stak zijn handen op in overgave, maar zijn ogen lachten. “Je bent echt leuk. En lief. En… fuck, ik mag alles zeggen, toch?” “Altijd,” zei ik, en knipoogde. “Zolang je maar eerlijk bent.”

We praatten verder – over sport, reizen, eten. Jonas over zijn favoriete piste in de Alpen. Vincent over een zakenreis in Tokio waar hij per ongeluk in een karaokebar belandde. Camila over de beste ceviche op Curaçao. Rafael over een voetbalwedstrijd in Rio waar hij bijna gearresteerd was.

Uurtje of twee vlogen we rustig, de wolken onder ons als een wit tapijt, de wereld ver weg.

Halverwege de Atlantische Oceaan, waar de hemel en de zee één groot blauw doek leken, begon het. Eerst een zacht wiegen, alsof de jet even wilde dansen met de wind. Toen harder – een ruk, een duik, een plotselinge klim die mijn maag liet omdraaien. De cabine vulde zich met het gerinkel van kristallen glazen die tegen elkaar tikten, een nerveus koor.

Jonas’ stem klonk kalm maar dringend over de intercom: “Riemen vast, dames en heren. Onweer boven de Azoren. Vijftien minuten, misschien twintig.”

Mijn volle waterglas gleed uit mijn hand, kantelde, en een fontein van koud water spatte over mijn T-shirt. De stof plakte meteen aan mijn huid, werd doorzichtig, onthulde de contouren van mijn dunne bh en de harde knopjes van mijn tepels die reageerden op de schok en de plotselinge kou.

Vincent, die net opstond om iets te pakken, verloor zijn evenwicht. Hij struikelde voorover, belandde half over me heen, zijn brede borst tegen mijn schouder, zijn hand – groot, warm, onverwacht – precies op mijn borst. Zijn vingers sloten zich een fractie van een seconde om de zachte welving voordat hij zich realiseerde wat hij deed. “Shit, sorry,” mompelde hij, zijn stem lager dan normaal, zijn wangen licht rood. Hij trok zich terug, maar niet voordat ik de hitte van zijn palm nog even voelde nagloeien.

Rafael’s koffie morste over zijn witte overhemd, donkere vlekken verspreidden zich als inkt. “Verdomme,” lachte hij, zijn stem vol pret, geen ergernis. Hij trok het overhemd in één vloeiende beweging uit, onthulde een torso die glom van kracht – olijfkleurige huid, strakke spieren, een dun litteken dat over zijn buik liep als een herinnering aan een ander avontuur.

Camila greep de bar met beide handen, haar knokkels wit, haar jurk strak om haar heupen terwijl de jet weer dook. “Hou je vast!” riep ze, maar haar stem had een lach erin, alsof zelfs dit een spel was. Haar donkere haar danste wild om haar gezicht, haar lippen vol en rood van de make-up die perfect bleef zitten.

De turbulentie nam langzaam af, de jet vond zijn ritme weer, maar de cabine was nu een chaos van natte vlekken en omgevallen glazen. Mijn T-shirt plakte als een tweede huid, koud en oncomfortabel. “Fuck it,” zei ik, greep de zoom en trok het in één beweging net als Rafael over mijn hoofd. Het landde nat op de vloer. Nu zat ik daar in alleen mijn dunne bh – wit kant, doorweekt, tepels duidelijk zichtbaar, hard van de kou en de opwinding die altijd in me borrelde als de wereld even uit balans was. “Beter zo,” zei ik, mijn stem hees, mijn ogen twinkend terwijl ik de anderen aankeek.

Vincent’s ogen werden groot, een fractie van een seconde – puur mannelijk, puur instinct – voordat hij zich herstelde en glimlachte, langzaam, bijna waarderend. Rafael floot zachtjes, zijn spieren glinsterend in het cabine licht. Jonas verscheen in de cockpitdeur, zijn pilotenuniform nog onberispelijk, maar zijn ogen dansten. “Ik blijf professioneel,” zei hij met een grijns die allesbehalve professioneel was, “maar dit is beter dan elke landingsbaan.”

We lachten, de spanning van de turbulentie omgezet in iets warms, iets levends. 

De jet vloog nu weer stabiel, de wolken onder ons een zacht, wit tapijt dat de wereld ver weg maakte. Mijn natte bh plakte licht aan mijn huid, mijn tepels hard en zichtbaar. Rafael’s torso glom in het zachte cabine licht, zijn litteken een verhaal op zich. Vincent zat tegenover me, zijn ogen niet langer puur professioneel. Jonas had de cockpitdeur op een kiertje laten staan, zijn lach nog naklinkend.

Rafael leunde achterover, zijn spieren ontspannen maar indrukwekkend, en brak de stilte met een glimlach. 

“Wat vind jij nou de leukste plek in Nederland?” vroeg Rafael, zijn stem laag en warm, alsof hij écht nieuwsgierig was. “En waarom?”

Ik lachte even, mijn gedachten meteen terug naar die lange, lome zomers. “Rockanje strand,” zei ik zonder twijfel. “Als scholier fietste ik erheen met vrienden en vriendinnen – handdoek, zonnebrand, fles cola. En hoe gek het ook klinkt: ik vond het heerlijk om topless te zonnen. Soms zelfs helemaal naakt.”

Ik beet op mijn lip, een ondeugende grijns. “Het wond me op om te zien hoe de jongens worstelden met hun zwembroeken – die bobbel die maar niet wilde verdwijnen. Ze keken, ze slikten, ze stelden zich vast van alles voor met mijn borsten of billen. Maar ik deed het niet om te pesten.”

Als iemand dichterbij kwam, ontweek ik hem niet. Ik lachte juist bemoedigend, een tikje uitnodigend. Een hand op mijn heup, een vinger langs mijn rug – ik liet het gebeuren. Ze werden steeds overmoediger, maar ik heb ze nooit weggeduwd of boos aangekeken. Integendeel: ik wilde ze geil maken, want dat vond ik leuk. En als ze het lef hadden hun ideeën uit te voeren… dan liet ik ze begaan. Eerlijk, open, zonder spelletjes.

Vincent, die tot nu toe vooral luisterde, leunde voorover, zijn pak kreukelig van de turbulentie. Hij keek me recht aan, zijn stem lager, warmer. “Nu begrijp ik waarom de baas me vroeg jou op te halen,” zei hij. “Ik weet dat hij en zijn vrienden meer willen dan een praatje. Tien dagen, Sophie. Alleen jij. Normaal zijn er drie vrouwen… nu ben jij het.”

Hij zweeg even, zijn ogen zoekend. “Het is moedig dat je dit alleen doet. Ik draai er niet omheen: het kan om veel mannen gaan. Rafael en ik moeten je beschermen, voor je zorgen – dat heeft hij gevraagd. Maar ook eerlijk zijn.”

Hij glimlachte licht, oprecht. “Hij heeft me over je verteld. Nooit hoorde ik hem zo positief over iemand. Dus ja, hij weet wat hij wil. Maar schat… weet jij het zeker? Dit is je laatste kans om terug te krabbelen. Als je assistentie wilt, zeggen we het.”

Ik haalde diep adem, mijn vingers speelden even met de rand van mijn joggingbroek, mijn hart klopte sneller – van anticipatie, van die kriebel die ik altijd kreeg als ik op het randje stond. “Ik vind het fijn dat je me nog een laatste kans geeft om de uitdaging niet aan te gaan als enige vrouw,” zei ik, mijn stem rustig maar vol overtuiging. “Ik weet wat me te wachten staat. Het wordt intens. Er zullen momenten zijn dat het te veel is. Maar er staat zoveel tegenover – niet alleen geld, maar een ervaring. Een diepe, rauwe ervaring die ik nergens anders krijg.”

Ik keek naar Vincent, zijn wangen licht rood, zijn ogen gefixeerd op de mijne. “Dus ja, ik ga het doen. Ik ga me geven. En als het te veel wordt, dan adem ik diep en ga ik door. Want dat is wie ik ben.”

Rafael floot zachtjes, zijn grijns breed. “Fuck, Sophie. Jij bent een natuurkracht.”

Vincent schudde zijn hoofd, maar zijn glimlach was oprecht. “Respect, Sophie. Echt. We passen op je.”

Camila boog zich naar me toe, haar vingers licht over mijn arm strelend. “Je bent echt mooi,” fluisterde ze, haar stem warm en oprecht.

Ik glimlachte, voelde een warmte in mijn borst die niets met seks te maken had – erkenning, verbinding. “Ik hou van seks,” zei ik eerlijk, mijn stem hees van de opwinding die al borrelde. “En op 10 km hoogte? Heerlijk. De wereld ver weg, alleen wij, de wolken, dit moment.”

Ik keek naar Camila, mijn ogen twinkend. “Ben jij wel eens ondeugend geweest op deze hoogte?”

Camila’s wangen kleurden meteen rood, haar volle lippen licht geopend, maar ze zei niets – alleen een verlegen lachje, haar ogen afwendend naar haar handen.

“Dat lijkt me best spannend,” zei ik zacht, mijn stem plagend. “Alleen hier, niemand die kijkt, alleen wij…”

Vincent schudde zijn hoofd, maar zijn glimlach was zacht. “We zijn om je te beschermen, Sophie, om het je naar je zin te maken… maar hmm, niet voor zóiets. Denk niet dat de baas dat bedoelt.”

Rafael grinnikte, zijn hand glijdend over zijn boxer. “We kijken wel,” zei hij plagend, maar zijn ogen brandden – hij wilde, maar respecteerde de grens.

Camila glimlachte nu, haar verlegenheid weg, en boog zich weer naar me toe. Haar vingers streelden mijn schouder, gleden naar de bandjes van mijn natte bh. “Misschien een béétje ondeugend,” fluisterde ze, haar accent dikker van opwinding. Ze maakte de bandjes los met een trage beweging, liet ze van mijn schouders glijden. De bh viel open, mijn borsten bloot in de koele cabine lucht, tepels hard.

Ze kuste me zacht, haar lippen warm, haar tong plagend. “Alleen om je te verwennen,” mompelde ze tegen mijn mond. “Geen regels hierboven.”

Ik kreunde zacht, mijn handen in haar haar. Vincent en Rafael keken toe, hun ademhaling zwaarder, maar ze bleven zitten – beschermers, toeschouwers, deel van het moment.

De jet vloog door, de wolken onder ons, en de spanning in de cabine was nu iets heel anders.

Ik trok Camila naar me toe, mijn lippen vonden de hare in een zachte, hongerige kus. Haar mond was warm, haar tong dansend, proevend naar zout en verlangen. Ze was nog helemaal aangekleed in die strakke zwarte jurk, maar ik voelde haar hitte, haar trillende adem. Mijn handen gleden over haar schouders, vonden de rits aan de achterkant – langzaam, plagend, trok ik hem omlaag. De stof gleed van haar lichaam als een gordijn dat openging, onthulde zwarte kant lingerie die haar rondingen perfect omhelsde.

Eerst haar schouders, glad en olijfkleurig, dan haar decolleté, haar volle borsten die op en neer deinden met haar snelle ademhaling. Ik liet de jurk vallen tot haar middel, mijn vingers haakten in de bandjes van haar bh. “Mag ik?” fluisterde ik tegen haar lippen. Ze knikte, kreunde zacht, haar ogen half dicht. Ik maakte de haakjes los, de bh viel weg – haar borsten sprongen vrij, tepels donker en hard, perfect. Ik zoog eraan, mijn tong plagend cirkelend, mijn tanden licht bijtend. Camila kreunde diep, haar handen in mijn haar, haar lichaam buigend naar me toe.

Camila liet alles begaan, haar lichaam ontspannen in mijn handen, maar ze nam ook initiatief. Haar vingers gleden over mijn joggingbroek, voelden aan mijn nattigheid door de stof heen. “Je bent zo nat,” fluisterde ze tegen mijn huid, haar accent dikker. Ze trok mijn broek omlaag, langzaam, mijn heupen optillend om te helpen. Mijn string volgde, nat en plakkerig, mijn kutje bloot, glinsterend in het cabine licht.

Ze kreunde weer, haar hand tussen mijn benen, vingers plagend over mijn clit. Ik trok haar lingerie omlaag, onthulde haar billen, rond en stevig, haar string die ik opzij schoof. We waren nu bijna naakt, lichamen verstrengeld, kreunend, strelend.

De cockpitdeur ging open. Jonas stapte naar buiten, zijn pilotenuniform nog onberispelijk, maar zijn ogen brandden. Ik wenkte hem met een vinger, mijn glimlach ondeugend. “Kom eens hier, kapitein.”

Hij aarzelde even, maar liep naar me toe. Ik stond op, mijn handen op zijn riem, trok zijn broek omlaag – zijn pik sprong vrij, hard, pulserend. “Ga naar je meisje,” fluisterde ik, en leidde hem naar Camila, die al op haar knieën zat, haar benen gespreid, haar kutje nat en klaar.

Jonas gleed in haar, langzaam, diep – we zagen het allemaal: zijn pik die haar vulde, haar lippen die zich om hem sloten, haar kreun die de cabine vulde. Camila’s ogen rolden terug, haar handen grepen zijn billen, trokken hem dieper.

Terwijl Jonas haar neukte, ritmisch, haar borsten deinend bij elke stoot, wenkte ik Vincent en Rafael. “Jullie ook?”

Ze schudden hun hoofd, Vincent’s stem schor. “We moeten je beschermen, schatje. Naar je zin maken, ja – maar niet zo.”

Rafael grinnikte. “Baas zou ons vermoorden.”

Camila, hijgend onder Jonas’ stoten, duwde hem plots naar me toe. “Geniet van hem, Sophie,” kreunde ze. “Je verdient het.”

Jonas gleed uit haar, zijn pik glinsterend van haar nattigheid, en ik leidde hem naar me. Ik ging op mijn rug, mijn benen gespreid, en hij gleed in me – diep, warm, vol. Ik kreunde luid, mijn ogen op Vincent en Rafael. “Ik ben geil,” hijgde ik. “Ik wil… dit is geen gunst. Ik wil júllie.”

Vincent’s wangen rood, Rafael’s boxer strak.

“Kom op,” kreunde ik, mijn heupen wiegend rond Jonas’ pik. “Beschermen? Bedienen! Ik ben jullie VIP. Hup hup!”

Ze lachten, maar hun ogen brandden. De jet vloog door, de wolken onder ons.

De landing was perfect, een zachte kus van rubber op asfalt. De hitte sloeg toe zodra de deur openging: zilte zeewind die mijn haar in mijn gezicht plakte, palmen die loom wiegden, de turquoise zee die glinsterde alsof hij me uitnodigde. Een zwarte Range Rover wachtte al, motor stationair draaiend. Jonas bleef bij de jet, zijn pilotenpet af, een knipoog naar Camila. “Tot de terugvlucht,” riep ze, haar jurk weer netjes dicht, haar wangen nog lichtrood van alles wat er gebeurd was.

Vincent en Rafael stapten in, ik achterin – luchtig gekleed in een jurkje dat Camila voor me had klaargelegd in de jet. Het was te sexy: wit, dun, kort, de stof plakte aan mijn huid alsof hij wist wat er komen ging. Geen bh, geen string, alleen mijn tepels die licht door de stof priemden, mijn billen die net bedekt waren. “Niets meenemen,” had Alexander gezegd. “Ik ken je maten. Ik zorg voor alles.” Dus dit was mijn eerste hint – en wat voor een.

De airco blies koud, maar de tropische warmte kroop al naar binnen, liet zweet parelen tussen mijn borsten. De rit naar de villa duurde twintig minuten, kronkelende wegen langs kliffen en baaien, de oceaan altijd in zicht. Geen woord in het begin. Alleen de motor, het zachte geruis van banden op asfalt, en mijn hartslag die nog nagalmde van de vlucht.

Halverwege brak Vincent de stilte. Hij draaide zich half om, zijn pak kreukelig maar zijn stem kalm. “Sophie… wat er in de jet gebeurde…” hij zuchtte, maar zijn glimlach was oprecht. “We moesten afstand houden. Tien dagen lang leggen we je in de watten, beschermen we je – als een klant te ver gaat, zijn wij er. Dat is de opdracht van Alexander.”

Rafael knikte. “Hij heeft ons expliciet gevraagd: ‘Zorg dat ze zich veilig voelt, laat haar niet alleen.’ Dus nee, we gaan niet met je… eh… meedoen. Niet zoals Jonas.”

Ik leunde voorover, mijn jurkje kroop iets omhoog, mijn dijen bloot. “Dus jullie zijn mijn lijfwachten met een strikje?”

“Met een strikje én een pistool,” zei Rafael droog. “Maar vooral een strikje.”

Vincent keek me aan, serieus. “We willen dat je het naar je zin hebt. Maar we blijven professioneel. Dat betekent: kijken, zorgen, ingrijpen als het moet. Geen… extra’s.”

Ik knikte, mijn glimlach warm. “Ik begrijp het. En ik waardeer het. Echt.”

De Range Rover draaide een privéweg op, een glazen hek gleed open. De villa doemde op: een glazen paleis op de klif, infinity pool die overliep in de oceaan, marmeren vloeren die glansden in de zon. Op het terras zaten vier mannen, silhouetten tegen de horizon.

Alexander Van der Meer zat in een witte linnen stoel, grijs haar, zonnebril, rumglas in zijn hand. Drie vrienden om hem heen:

Vincent opende het portier. “Welkom in je tijdelijke thuis. Ik stapte uit, mijn blote voeten op het warme marmer, de jurk wapperend in de wind, mijn tepels hard van de zilte bries. Alexander stond op, zijn hand op mijn onderrug – bezitterig, maar niet ruw. Zijn vingers gleden net onder de stof, voelden mijn naakte huid. “Sophie. Precies zoals beloofd. Kom.”

Ik liep naar hem toe, mijn heupen wiegend, mijn glimlach ontspannen. “Alexander,” zei ik zacht, mijn stem hees van de hitte. “Leuk je weer te zien.”

Hij glimlachte, zijn ogen achter de zonnebril onzichtbaar, maar ik voelde zijn blik overal. “Goed. Eerst dineren. De nacht is nog jong. 
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...